ECLI:NL:RBZLY:2010:BM9303
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.H.M. Hesseling
- L.E.C. van Rijckevorsel-Besier
- G.P. Loman
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring bezwaar tegen handhavingsverzoek bouwrijp maken gronden
In deze zaak hebben eisers A, B, C en D, wonende te Almere, bezwaar gemaakt tegen het niet-tijdig beslissen door verweerder, het college van burgemeester en wethouders van Almere, op hun verzoek om te stoppen met het bouwrijp maken van gronden. Op 11 september 2009 hebben eisers bezwaar gemaakt tegen de fictieve weigering van verweerder om aan hun verzoek te voldoen. De rechtbank heeft vastgesteld dat eisers verweerder geen redelijke termijn hebben gegeven om op hun verzoek te beslissen, aangezien zij nog geen 24 uur hadden gewacht. De rechtbank oordeelt dat de redelijke termijn voor het nemen van een besluit op 11 september 2009 nog niet was verstreken.
De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd, maar de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand gelaten. Dit betekent dat de beslissing van verweerder om eisers niet-ontvankelijk te verklaren in hun bezwaren, wordt gehandhaafd. De rechtbank heeft verweerder tevens veroordeeld in de proceskosten van eisers tot een bedrag van € 874,-- ter zake van verleende rechtsbijstand. De uitspraak benadrukt het belang van het geven van een redelijke termijn aan het bestuursorgaan in handhavingskwesties, vooral in spoedeisende gevallen.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de Rechtbank Zwolle-Lelystad, waarbij de voorzitter en de andere rechters de overwegingen en beslissingen hebben ondertekend. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden.