ECLI:NL:RBZLY:2010:BM7178
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel uit hennepteelt
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 25 mei 2010 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij hennepteelt. Het onderzoek ter terechtzitting vond plaats op 11 mei 2010, waarbij de verdachte werd bijgestaan door mr. J.H. Rump, advocaat te Zwolle. De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken van het voorbereidend onderzoek, waaronder het opsporingsonderzoek van de Regiopolitie IJsselland. De verdachte was betrokken bij twee hennepkwekerijen, waar in totaal 468 hennepplanten zijn aangetroffen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de hennepkwekerijen gedurende een periode van respectievelijk 14 maart 2005 tot 26 april 2008 en 26 april 2005 tot 26 april 2008 operationeel waren. De rechtbank heeft het wederrechtelijk verkregen voordeel van de verdachte geschat op € 451.170,84, dat door de rechtbank is gedeeld door twee, aangezien de verdachte het voordeel met een mededader zou hebben gedeeld. Dit leidde tot een bedrag van € 225.585,42 dat de verdachte aan de Staat moest betalen.
De rechtbank heeft ook overwogen dat de verdachte illegaal stroom heeft afgenomen voor de hennepkwekerijen, maar dat de energiekosten niet in mindering konden worden gebracht op het wederrechtelijk verkregen voordeel, omdat de verdachte geen bewijs van betaling aan het energiebedrijf had overgelegd. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen en de verdachte verplicht om het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel aan de Staat te voldoen. De beslissing is genomen op basis van de beschikbare bewijsmiddelen en de standaardnormen van het Bureau Ontnemingswetgeving Openbaar Ministerie (BOOM rapport).