ECLI:NL:RBZLY:2010:BL1755
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Civiel recht: Ontbinding van overeenkomst op afstand betreffende cursus zonder juiste informatie over ontbindingstermijn
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 2 februari 2010, stond de ontbinding van een overeenkomst op afstand centraal. De eiser, een besloten vennootschap, had een cursus aangeboden aan de gedaagde partij, die zich via internet had ingeschreven. De gedaagde partij had de lessen echter niet gevolgd en op 2 februari 2008 aangegeven te willen stoppen met de opleiding. De eiser vorderde betaling van het cursusgeld, maar de gedaagde partij stelde dat zij niet op de mogelijkheid van ontbinding was gewezen binnen de wettelijk vereiste termijn van zeven dagen.
De kantonrechter oordeelde dat de eiser inderdaad had verzuimd de gedaagde partij tijdig te informeren over de ontbindingsmogelijkheden. Hierdoor gold een langere ontbindingstermijn van drie maanden. De gedaagde partij had binnen deze termijn haar ontbindingsverzoek ingediend, wat door de rechter werd erkend als geldig. De rechter wees de vordering van de eiser af, omdat de gedaagde partij niet verplicht was het cursusgeld te betalen. Bovendien werd de subsidiaire vordering van de eiser, die een vergoeding voor reeds verrichte prestaties eiste, ook afgewezen. De rechter concludeerde dat de gedaagde partij geen vergoeding verschuldigd was en dat de eiser in de proceskosten van de gedaagde partij moest worden veroordeeld.
De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke communicatie over ontbindingsmogelijkheden bij overeenkomsten op afstand, en bevestigt dat een gebrek aan informatie kan leiden tot een langere ontbindingstermijn voor de consument. De eiser werd veroordeeld in de proceskosten, wat de gevolgen van het niet naleven van de wettelijke informatieplicht onderstreept.