ECLI:NL:RBZLY:2009:BK7316
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.H.J. Harmeijer
- H. Heins
- M. Willemse
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 16 december 2009 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van poging tot diefstal en afpersing. De officier van justitie, mr. C.C.S. Bordenga-Koppes, eiste een werkstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden. De verdachte werd beschuldigd van het voorbereiden van een misdrijf in de periode van 15 februari tot 3 maart 2009 in Rotterdam en/of 's-Gravenhage. De rechtbank oordeelde dat de verdachte van het eerste ten laste gelegde feit moest worden vrijgesproken, omdat er onvoldoende bewijs was voor het medeplegen van voorbereidingshandelingen. Dit was essentieel voor de tenlastelegging, die niet kon worden aangepast zoals door de officier van justitie was voorgesteld.
De rechtbank achtte het tweede ten laste gelegde feit, namelijk de poging tot diefstal, wel bewezen. De verdachte had samen met anderen geprobeerd een personenauto te stelen door middel van braak. De rechtbank oordeelde dat de verdachte strafbaar was, omdat er geen feiten of omstandigheden waren die zijn strafbaarheid zouden opheffen of uitsluiten. De rechtbank hield rekening met het strafrechtelijk verleden van de verdachte en de ernst van het bewezen feit. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 weken, waarbij de tijd die hij in voorlopige hechtenis had doorgebracht, in mindering zou worden gebracht op de opgelegde straf.