ECLI:NL:RBZLY:2009:BK7309

Rechtbank Zwolle-Lelystad

Datum uitspraak
16 december 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/400231-09
Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal uit voertuigen en poging tot diefstal met meerdere verdachten

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad, is de verdachte beschuldigd van meerdere diefstallen uit voertuigen en een poging tot diefstal. Het onderzoek ter terechtzitting vond plaats op 3 december 2009, waarbij de verdachte werd bijgestaan door mr. K. Kok, en de officier van justitie mr. G.C. Pol aanwezig was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De verdachte werd ten laste gelegd van vijf feiten, waarbij hij samen met anderen in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 in Zwolle meerdere auto-inbraken heeft gepleegd. De rechtbank achtte de tenlasteleggingen wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van een deel van de aanklacht, waar de verdachte werd vrijgesproken.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte strafbaar was en legde een gevangenisstraf van twee maanden op, die voorwaardelijk werd uitgesproken met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast werd een taakstraf van 150 uren opgelegd, met de voorwaarde dat bij niet-naleving de taakstraf kan worden omgezet in hechtenis. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten, die niet alleen schade toebrachten aan de benadeelden, maar ook gevoelens van onveiligheid veroorzaakten in de gemeenschap. De verdachte had geen eerdere veroordelingen en de rechtbank hield rekening met de aanbevelingen van de reclassering, die behandeling en begeleiding adviseerde.

De vorderingen van de benadeelde partijen werden door de rechtbank niet ontvankelijk verklaard, met de mogelijkheid om deze vorderingen bij de burgerlijke rechter aan te brengen. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en de griffier was mr. O. Bahi. De rechtbank heeft de zaak op 16 december 2009 uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK ZWOLLE - LELYSTAD
Sector Strafrecht - Meervoudige Strafkamer
Parketnummer: 07.400231-09 (P)
Uitspraak: 16 december 2009
VONNIS IN DE STRAFZAAK VAN:
het openbaar ministerie
tegen
(verdachte)
geboren (geboorteplaats)
wonende (adres)
ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 3 december 2009. De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. K. Kok, advocaat te Zwolle. Als officier van justitie was aanwezig mr. G.C. Pol.
TENLASTELEGGING
De verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening uit een, aan de Klokkengieterlaan geparkeerd staande,
personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)
radio/navigatiesysteem (serienummer)), in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan (benadeelde partij 1), in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
2.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening uit een, aan de Frankhuizerallee geparkeerd
staande, personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een
(inbouw)radio/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan (benadeelde partij 2) in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
3.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening uit een, aan de Frankhuizerallee geparkeerd
staande, personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een
(inbouw)radio/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan (benadeelde partij 3), in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
4.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening uit een, aan de Karveelschipperstraat
geparkeerd staande, personenauto (merk en kenteken auto) heeft
weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan (benadeelde partij 4), in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
5.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle ter
uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in/uit een, aan de Sterrenkroos geparkeerd
staande, personenauto (merk en kenteken auto) weg te nemen
goederen en/of geld van zijn/hun gading, geheel of ten dele toebehorende aan
(benadeelde partij 5), in elk geval aan een ander of anderen dan
aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die
personenauto te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld
onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of
inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een ruit van
voornoemde personenauto heeft/hebben ingeslagen en/of geforceerd, terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
VOORVRAGEN
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
BEWIJSMOTIVERING
Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot bewezenverklaring van het onder 1 tot en met 5 ten laste gelegde.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank ter zake van het onder 1 tot en met 5 ten laste gelegde.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht voldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig aangaande de ten laste gelegde feiten. De bewezenverklaring wordt gebaseerd op de aangiftes van ( 5 keer naam aangever ) alsmede de bekennende verklaring van verdachte en mededader (naam medeverdachte).
BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht derhalve wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte onder 1 tot en met 5 ten laste is gelegd, met dien verstande dat
1.
hij op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en in vereniging met een
ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Klokkengieterlaan geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan (benadeelde partij 1), waarbij verdachte en/of
zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
2.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Frankhuizerallee geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan
(benadeelde partij 2), waarbij verdachte en/of zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
3.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Frankhuizerallee geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan (benadeelde partij 3), waarbij verdachte en/of zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
4.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Karveelschipperstraat geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan (benadeelde partij 4) waarbij verdachte en/of zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
5.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle - ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Sterrenkroos geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) weg te nemen goederen toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en zijn mededader en zich daarbij de toegang tot die
personenauto te verschaffen door middel van braak- met zijn mededader, althans alleen een ruit van voornoemde personenauto heeft ingeslagen en/of geforceerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Van het meer of anders ten laste gelegde zal de verdachte worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet wettig en overtuigend bewezen acht.
DE STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
Het onder 1 tot en met 4 bewezene levert op telkens:
Diefstal door twee of meer verenigde personen gepleegd, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en verbreking,
strafbaar gesteld bij artikel 311 juncto 310 van het Wetboek van Strafrecht
Het onder 5 bewezene levert op:
Poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak,
strafbaar gesteld bij artikel 311 juncto 310 juncto artikel 45 van het Wetboek van Strafrecht
Er zijn geen feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten. Dit levert de genoemde strafbare feiten op.
DE STRAFBAARHEID VAN DE VERDACHTE
Er zijn geen feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is derhalve strafbaar.
OPLEGGING VAN STRAF EN/OF MAATREGEL
Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft op grond van hetgeen hij bewezen heeft geacht gevorderd dat aan verdachte zal worden opgelegd een werkstraf voor de duur van 150 uur en een gevangenisstraf van twee maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar met als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht.
Het standpunt van de verdediging
Uitgaande van de Oriëntatiepunten straftoemeting van het Landelijk overleg van voorzitters van de strafsectoren van de gerechtshoven en de rechtbanken (LOVS), waarin als uitgangspunt voor diefstal uit een auto een strafmaat van drie weken onvoorwaardelijke gevangenisstraf wordt gehanteerd, acht de raadsman in beginsel een straf van 15 weken gevangenisstraf op zijn plaats. Nu verdachte first offender is bestaat aanleiding deze gevangenisstraf om te zetten in een werkstraf van 210 uren. Een eventueel voorwaardelijk op te leggen gevangenisstraf van twee maanden dient op deze werkstraf in mindering te worden gebracht. Verdachte heeft zich voorts bereid verklaard tot het volgen van een Cognitieve Vaardigheidstraining (COVA-training). Het volgen van de COVA-training kan als leerstraf worden opgelegd en dient dan eveneens in mindering te worden gebracht op de op te leggen werkstraf.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en de ernst van het
bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder verdachte zich daaraan
heeft schuldig gemaakt en op de persoon van verdachte, zoals van een en ander uit het
onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een straf en bij de vaststelling van de
duur daarvan in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
Verdachte heeft zich in één nacht samen met een ander schuldig gemaakt aan vier
auto-inbraken en één poging daartoe. Dit betreft zeer ergerlijke feiten, die naast schade veel
hinder veroorzaken voor de gedupeerden en in het algemeen bij de benadeelden gevoelens
van onrust en onveiligheid teweegbrengen. De rechtbank rekent verdachte deze feiten zwaar
aan, niet alleen vanwege het grote aantal inbraken in relatief korte tijd maar ook vanwege het
kennelijke gemak waarmee verdachte is doorgegaan met het plegen van deze strafbare feiten
zonder oog te hebben gehad voor de gevolgen voor de slachtoffers.
Uit het Uittreksel Justitiële Documentatie van 26 oktober 2009 blijkt dat verdachte niet
eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten.
Door de reclassering is op 11 november 2009 een voorlichtingsrapportage uitgebracht
omtrent de persoon van verdachte. In dit rapport is vermeld dat verdachte met name
problemen heeft op het gebied van financiën, relatie, emotioneel welzijn, denkpatronen en
houding. Het is nog niet duidelijk welke factor heeft meegespeeld in het delictgedrag.
Verdachte dient nader onderzocht te worden bij Dimence zodat meer duidelijkheid wordt
verkregen omtrent de persoon van de verdachte, de aanwezigheid van een eventuele stoornis
en het middelengebruik. De reclassering adviseert de rechtbank om aan verdachte een (deels)
voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden verplicht
reclasseringscontact, meewerken aan behandeling of begeleiding door Dimence of een andere soortgelijke instelling en het volgen van een COVA-training voor zover dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht.
Voor enig vergelijk heeft de rechtbank acht geslagen op de Oriëntatiepunten van het LOVS.
Als uitgangspunt voor diefstal uit een auto wordt, bij een alleen opererende dader, als
uitgangspunt een gevangenisstraf van drie weken onvoorwaardelijk gehanteerd. In dit geval
heeft verdachte de feiten niet alleen maar samen met een ander begaan. De rechtbank ziet
hierin aanleiding om verdachte een zwaardere straf op te leggen dan drie weken
onvoorwaardelijke gevangenisstraf per auto-inbraak. De rechtbank acht voorts geen
onvoorwaardelijke gevangenisstraf maar een onvoorwaardelijke werkstraf voor de duur van
150 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van
twee jaar en de na te noemen bijzondere voorwaarden passend en geboden, nu verdachte niet
eerder is veroordeeld en van een voorwaardelijk op te leggen gevangenisstraf een
preventieve werking zou kunnen uitgaan
De rechtbank onderschrijft de noodzaak van de door de reclassering geadviseerde behandeling of begeleiding door Dimence of een soortgelijke instelling. Nadere diagnostiek door Dimence zal moeten uitwijzen of een COVA-training passend is voor verdachte. De rechtbank is van oordeel dat verdachte die behandeling en begeleiding eventueel zal moeten ondergaan in het kader van voornoemde voorwaardelijke gevangenisstraf met een verplicht reclasseringscontact.
Gelet op de aard en ernst van de bewezen en strafbaar verklaarde feiten en de omstandigheden waaronder verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt ziet de rechtbank geen aanleiding het voorwaardelijk deel en de uren die gemoeid zijn met behandeling of begeleiding op de op te leggen werkstraf in mindering te brengen.
Benadeelde partij
(persoonsnaam) heeft zich namens benadeelde partij (benadeelde partij 4). schriftelijk in het strafgeding gevoegd ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde en een bedrag van € 1.770,80 gevorderd in verband met herstel van de schade die aan de auto is toegebracht en de vervanging van het navigatiesysteem.
Benadeelde partij (benadeelde partij 3) heeft zich ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde schriftelijk in het strafproces gevoegd en een bedrag van € 824,67 gevorderd in verband met gederfde inkomsten.
De vorderingen van de benadeelde partijen zijn naar het oordeel van de rechtbank niet van zo eenvoudige aard dat deze zich lenen voor behandeling in het strafgeding. De rechtbank zal derhalve bepalen dat de benadeelde partijen in die vorderingen niet ontvankelijk zijn en dat de vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen worden aangebracht.
Wettelijke bepalingen
Deze strafoplegging is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 27 en 57 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
Het onder 1 tot en met 5 ten laste gelegde is bewezen zoals hiervoor aangegeven en levert de strafbare feiten op, zoals hiervoor vermeld. De verdachte is deswege strafbaar.
Het onder 1 tot en met 5 meer of anders ten laste gelegde is niet bewezen en de verdachte wordt daarvan vrijgesproken.
De rechtbank veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden.
De gevangenisstraf zal niet worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond van het feit dat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van twee jaar aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt dan wel de navolgende bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
De rechtbank stelt als bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, te geven door of namens de reclassering, zulks zolang deze instelling of een door haar aan te wijzen andere reclasseringsinstelling dat gedurende de proeftijd nodig oordeelt, met opdracht aan die instelling als bedoeld in artikel 14d van het Wetboek van Strafrecht. De voorschriften en aanwijzingen kunnen inhouden dat verdachte meewerkt aan (ambulante) behandeling of begeleiding door Dimence of een andere soortgelijke instelling en eventueel een COVA-training zal volgen.
De rechtbank legt aan verdachte voorts op een taakstraf, te weten een werkstraf voor de duur van 150 uren.
De rechtbank beveelt dat voor het geval de veroordeelde de werkstraf niet of niet naar behoren verricht de werkstraf wordt vervangen door 75 dagen hechtenis, althans een aantal dagen hechtenis dat evenredig is aan het niet verrichte aantal uren werkstraf.
De tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, zal bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde werkstraf in mindering worden gebracht, berekend naar de maatstaf van twee uren werkstraf per dag.
Het (geschorste) bevel tot voorlopige hechtenis wordt opgeheven.
Vorderingen van benadeelde partijen
De rechtbank bepaalt dat de benadeelde partijen (benadeelde partij 4) en (benadeelde partij 3) in hun vorderingen niet ontvankelijk zijn en dat zij hun vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Aldus gewezen door mr. M. Willemse, voorzitter, mrs. H. Heins en H. Harmeijer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. O. Bahi als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 december 2009.
Mr. Harmeijer voornoemd was verhinderd dit vonnis mede te ondertekenen.