vonnis
RECHTBANK ZWOLLE-LELYSTAD
zaaknummer / rolnummer: 147138 / HA ZA 08-791
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RS CONTRACTING B.V.,
gevestigd te [woonplaats]
eiseres,
advocaat mr. R.K.E. Buysrogge,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HECOM PROJECTEN B.V.,
gevestigd te [woonplaats]
gedaagde,
advocaat mr. C. Borstlap.
Partijen zullen hierna RS Contracting en Hecom genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
-
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. [eiseres], handelend onder de naam RS Contracting, en Hecom hebben onderhandeld over de aankoop door [eiseres] van een aan Hecom toebehorend perceel industriegrond.
2.2. Bij vonnis in kort geding van 27 februari 2006 is Hecom veroordeeld om binnen 24 uur na betekening daarvan over te gaan tot ondertekening van de tussen partijen gesloten koopovereenkomst van 28 november 2005, alsmede om te verschijnen bij een notaris op een nader, door [eiseres] te bepalen, tijdstip teneinde mee te werken aan het notariële transport.
2.3. Hecom heeft de koopovereenkomst op 1 maart 2006 ondertekend en het transport van de onroerende zaak heeft op 1 september 2006 plaatsgevonden.
2.4. Ter gelegenheid van het transport heeft de notaris een depotbedrag van EUR 10.000,00 onder zich gehouden wegens gerezen geschillen omtrent een vordering van [eiseres] op Hecom uit hoofde van de gesloten koopovereenkomst, alsmede omtrent de vergoeding van rente over de koopsom en verrekening van waterschapslasten.
2.5. In artikel 10 van de koopovereenkomst staat:
10.1 Indien één van de partijen, na in gebreke te zijn gesteld, gedurende acht dagen nalatig is of blijft in de nakoming van één of meer van haar uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen, kan de wederpartij van de nalatige deze overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst ontbinden door middel van een schriftelijke verklaring aan de nalatige.(…)
10.3 Indien de wederpartij geen gebruik maakt van zijn recht de overeenkomst te ontbinden en nakoming verlangt, zal de nalatige partij ten behoeve van de wederpartij na afloop van de in 10.1 vermelde termijn van acht dagen voor elke sedertdien verstreken dag tot aan de dag van nakoming een onmiddellijk opeisbare boete verschuldigd zijn van drie pro mille van de koopprijs, onverminderd het recht op aanvullende schadevergoeding en vergoeding van kosten van verhaal.
2.6. [eiseres] heeft zijn bedrijfsactiviteiten sedert 29 mei 2007 ondergebracht in de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid RS Contracting B.V.
3. De vordering
3.1. RS Contracting vordert uit hoofde van toerekenbaar tekortschieten c.q. onrechtmatig handelen veroordeling van Hecom tot betaling van EUR 12.690,00 en van EUR 23.879,12 plus P.M., vermeerderd met rente, buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten.
3.2. RS Contracting stelt daartoe dat Hecom pas na het kort geding vonnis is overgegaan tot ondertekening van de koopovereenkomst en dat zij Hecom uitdrukkelijk aansprakelijk heeft gehouden voor alle schade die zij daardoor heeft geleden en zou lijden. Zij betoogt dat Hecom de contractuele boete ex artikel 10.3 van de tussen partijen gesloten koopovereenkomst verschuldigd is geraakt, te weten 47 dagen maal EUR 270,00 zijnde een bedrag van EUR 12.690,00. Voorts stelt RS Contracting dat zij schade heeft geleden tot een bedrag van EUR 23.879,12, bestaande uit de volgende posten:
- kosten juridische bijstand: EUR 12.394,00;
- kosten extern advies: EUR 4.956,36;
- rentenadeel: P.M.
- vergoeding gemaakte extra uren, reiskosten, telefoonkosten: EUR 6.528,40
4. Het verweer
4.1. Hecom heeft het gevorderde betwist en voert daartegen aan, zakelijk weergegeven:
- dat geen koopovereenkomst tussen partijen tot stand is gekomen;
- dat artikel 10 van de koopovereenkomst niet van toepassing is;
- dat het uitstel van het transport haar niet te verwijten valt;
- dat RS Contracting niet de contractuele boete alsook volledige schadevergoeding kan vorderen;
- dat sprake is van rechtsverwerking.
- dat RS Contracting schade heeft geleden.
5. De beoordeling
5.1. De rechtbank merkt allereerst op dat zij de door RS Contracting genomen akte na dupliek buiten beschouwing zal laten nu het feitelijk een inhoudelijke conclusie betreft, terwijl zij uitsluitend gelegenheid had om zich uit te laten over de door Hecom bij conclusie bij dupliek overgelegde productie. De rechtbank zal evenmin acht slaan op de antwoordakte van Hecom en beide akten niet aan de processtukken toevoegen.
5.2. Het meest verstrekkende verweer van Hecom tegen het door RS Contracting gevorderde betreft haar beroep op rechtsverwerking. Hecom heeft daartoe aangevoerd dat het depotbedrag drie maanden na de storting daarvan is vrijgevallen omdat [eiseres] ten aanzien van de door hem gepretendeerde vordering niets meer van zich heeft laten horen. Hecom mocht er daarom op vertrouwen dat [eiseres] zijn vermeende vordering jegens haar liet varen. Hij heeft zich pas ruim een half jaar later weer bij haar via zijn raadsman gemeld en heeft pas een jaar later een dagvaarding uitgebracht, aldus Hecom.
5.3. Voor een geslaagd beroep op rechtsverwerking is enkel tijdsverloop of alleen stilzitten onvoldoende. Daarvoor is de aanwezigheid van bijzondere omstandigheden vereist als gevolg waarvan hetzij bij de wederpartij het gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt dat de gerechtigde zijn aanspraak niet meer geldend zou maken, hetzij de wederpartij in zijn positie onredelijk zou worden benadeeld in geval de gerechtigde zijn aanspraak als nog geldend zou maken.
5.4. Naar het oordeel van de rechtbank kan het beroep op rechtsverwerking niet slagen nu hier feitelijk sprake is geweest van enkel stilzitten van RS Contracting c.q. tijdsverloop. Het feit dat zij niet binnen de depottermijn van drie maanden actie jegens Hecom heeft ondernomen en haar voorwaardelijke vordering op de notaris niet heeft omgezet in een onvoorwaardelijke en aldus de zekerheid op de beschikbaarheid te haren bate van het depotbedrag heeft laten varen, leidt niet tot de conclusie dat sprake is geweest van een zodanige bijzondere omstandigheid als hiervoor is overwogen. De conclusie is dat haar vorderingsrecht jegens Hecom niet is vervallen.
5.5. Daarmee komt de rechtbank toe aan de beoordeling van het door RS Contracting gestelde tekortschieten in de nakoming van de koopovereenkomst door Hecom.
5.6. Blijkens het vonnis van de voorzieningenrechter van 27 februari 2006 is destijds geoordeeld dat tussen partijen een perfecte koopovereenkomst tot stand is gekomen, waarna Hecom is veroordeeld tot ondertekening daarvan over te gaan en tot medewerking aan het transport. Uit de overgelegde brief zijdens Hecon d.d. 12 juni 2006 (productie 17 bij conclusie van repliek) leidt de rechtbank af dat Hecom nadien een regeling aan RS Contracting heeft voorgesteld, inhoudende dat er als nog geleverd zou worden met dien verstande dat voorgesteld is de leveringstermijn te verschuiven van 1 mei naar 1 juli 2006 en dat Hecom het aanvankelijk tegen dat vonnis ingestelde hoger beroep zou intrekken. Dat laatste heeft zij gedaan en nu zij geen bodemprocedure jegens RS Contracting heeft geëntameerd om tegen de door RS Contracting gestelde koopovereenkomst te ageren, is de conclusie dat inmiddels een definitieve koopovereenkomst tussen partijen is ontstaan.
5.7. De vraag is of RS Contracting aanspraak kan maken op de contractuele boete ex artikel 10.3 van die koopovereenkomst, welke vordering is gebaseerd op de stelling dat Hecom in gebreke is gebleven met de tijdige ondertekening van de koopovereenkomst. Beoordeeld moet worden of voornoemde boete zich uitstrekt tot de door RS Contracting gestelde verplichting. Partijen hebben de koop en hun rechtsverhouding daarbij geregeld volgens de model koopovereenkomst voor bedrijfsonroerend goed (model 2000) van de NVM. In artikel 10.1 staat uitdrukkelijk vermeld dat het artikel ziet op niet-nakoming van één of meer uit die overeenkomst voortvloeiende verplichtingen van Hecom. Anders dan RS Contracting betoogt gaat het daarbij uitsluitend om de verplichtingen zoals die in de bepalingen van de overeenkomst of in de wet zijn vastgelegd. Nu een bepaling die verkoper verplicht tot ondertekening van de koopovereenkomst daarin ontbreekt, is van een tekortkoming in de zin van artikel 10 geen sprake en dient de daarop gebaseerde vordering van RS Contracting dat Hecom de boete van EUR 12.690,00 heeft verbeurd, te worden afgewezen.
5.8. RS Contracting vordert tevens bij wijze van aanvullende schadevergoeding veroordeling van Hecom tot betaling van de kosten van juridische bijstand ad EUR 12.394,36 en van extern advies ad EUR 4.956,36 en door RS Contracting gemaakte kosten wegens extra uren, reiskosten en telefoonkosten.
5.9. De rechtbank is van oordeel dat uit de stellingen van partijen (zoals de ontkenning van de totstandkoming van de koopovereenkomst door Hecom) en de overgelegde producties volgt dat er eind 2006 discussie is ontstaan over de medewerking van Hecom aan de uitvoering van de koopovereenkomst. RS Contracting had toen in ieder geval gegronde redenen om aan te nemen dat Hecom jegens haar in de nakoming tekort zou schieten (vide artikel 6:80 Burgerlijk Wetboek) en Hecom heeft RS Contracting genoodzaakt tot het entameren van een kort geding. Uitsluitend die kosten die Hecom als gevolg daarvan bij RS Contracting heeft veroorzaakt en die een hoger bedrag kunnen belopen dan de vergoeding die RS Contracting bij wege van proceskostenveroordeling heeft ontvangen, dient Hecom te vergoeden. Echter, dat RS Contracting uit dien hoofde daadwerkelijk extra juridische- en andere advieskosten heeft gemaakt tot het door haar gestelde bedrag is door RS Contracting tegenover de gemotiveerde betwisting door Hecom op geen enkele wijze bij repliek onderbouwd. Zij heeft slechts volstaan met de stelling dat zich na de betekening van het kort geding vonnis werkzaamheden van juridische aard hebben voorgedaan. Uit de vele declaraties die zij heeft overgelegd kan op geen enkele wijze worden afgeleid dat deze direct verband houden met het verwachte tekortschieten en het kort geding en de afwikkeling daarvan. Ook ten aanzien van de advieskosten is na de betwisting door Hecom niet onderbouwd gesteld waarop deze betrekking hebben gehad en of er enig causaal verband bestaat met de wanprestatie zijdens Hecom. Daar waar niet, althans onvoldoende aan de stelplicht is voldaan, is voor bewijslevering geen plaats.
5.10. Ook een onderbouwing van de door RS Contracting geleden schade wegens extra uren en reiskosten van de heer [eiseres] ontbreekt. Bij dagvaarding verwijst zij naar een productie 7, maar dat stuk bevat geen nadere onderbouwing van die kosten. Daar komt bij dat het feit dat eventuele extra bestede uren aan het oplossen van het conflict met Hecom moeten worden besteed, nog niet met zich mee brengt dat daardoor schade is ontstaan. Dat bijvoorbeeld het resultaat van de onderneming dat een ondernemer met zijn inspanningen nastreeft, negatief is beïnvloed - bijvoorbeeld doordat deze orders is misgelopen zoals RS Contracting beweert, is niet gebleken. Ook ontbreekt een specificatie van reis- c.q. telefoonkosten, zodat deze evenmin voor toewijzing in aanmerking komen.
5.11. Rest de post door RS Contracting aangeduid als schade ten gevolge van vertraging in de nakoming. RS Contracting stelt daartoe dat het door de ontstane perikelen pas mogelijk was om op 1 mei 2006 de bouwvergunning aan te vragen. Voor het aanvragen daarvan diende zij te beschikken over een getekende koopovereenkomst. Doordat de geldverstrekker over de bouwvergunning diende te beschikken alvorens zij kon overgaan tot uitbetaling van de te verstrekken gelden, was passering van de akte van levering op zijn vroegst mogelijk op 1 augustus 2006. Hecom heeft gemotiveerd betwist dat haar een verwijt valt te maken van het uitgestelde transport. De rechtbank is van oordeel dat RS Contracting daarna haar opmerkelijke stellingen dat een getekende koopovereenkomst noodzakelijk was voor de indiening van een bouwaanvraag en dat een bouwvergunning nodig was voor de financiering en dat daarna pas het transport mogelijk was niet, althans onvoldoende heeft onderbouwd. Ook op dat punt heeft zij slechts volstaan met het doen van beweringen. Haar stellingen zijn te meer merkwaardig nu uit de overgelegde producties blijkt dat Hecom door de kort geding rechter tot ondertekening van de koopovereenkomst binnen 24 uur na betekening van het vonnis en transport was veroordeeld en de datum van transport in ieder geval na onderling overleg, mede gelet op vakantie van [eiseres] en zijn raadsman, op een latere datum is vastgesteld wat volgens de koopakte ook mogelijk was. In ieder geval is onvoldoende gesteld om aan te kunnen nemen dat Hecom een verwijt kan worden gemaakt van de ontstane schade, zo die er al is nu een concrete berekening daarvan (ondanks het tijdsverloop) ontbreekt.
5.12. De conclusie is dan ook dat de vorderingen integraal afgewezen zullen worden.
5.13. RS Contracting zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld.
De kosten aan de zijde van Hecom worden begroot op:
- vast recht 805,00
- salaris advocaat 1.158,00 (2 punt × tarief EUR 579,00)
Totaal EUR 1.963,00
6. De beslissing
De rechtbank
6.1. wijst de vorderingen af,
6.2. veroordeelt RS Contracting in de proceskosten, aan de zijde van Hecom tot op heden begroot op EUR 1.963,00,
6.3. verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.A.A.M. Schreuder en in het openbaar uitgesproken op 27 mei 2009.