ECLI:NL:RBZLY:2009:BI1818

Rechtbank Zwolle-Lelystad

Datum uitspraak
28 januari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
140552 / HA ZA 08-33
Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.H. Huijzer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzekeringsfraude en bewijsvoering in civiele procedure tussen Unigarant NV en Wibeka Slachterijen B.V.

In deze civiele procedure tussen Unigarant NV en Wibeka Slachterijen B.V. staat de vordering van Unigarant centraal, die hoofdelijke veroordeling eist van Wibeka en een bestuurder, [gedaagde sub 1], tot betaling van EUR 83.390,99. Unigarant stelt dat zij ten onrechte uitkeringen heeft gedaan na de diefstal en brand van een Range Rover, die verzekerd was bij Unigarant. De rechtbank constateert dat Unigarant in haar dagvaarding en repliek geen feiten heeft gepresenteerd die haar stelling onderbouwen, terwijl de gedaagden wel uitgebreid op het bewijsmateriaal zijn ingegaan. De rechtbank biedt Unigarant de kans om haar stelplicht alsnog te vervullen en bewijs te leveren voor haar beschuldigingen van verzekeringsfraude tegen [gedaagde sub 1].

De zaak heeft een internationaal karakter, aangezien de feiten zich in Polen hebben afgespeeld. De rechtbank bevestigt haar bevoegdheid op basis van de woonplaats van de gedaagden in Nederland. Unigarant heeft een onderzoek laten uitvoeren door Advies Bureau Schade (ABS), dat aanvankelijk geen betrokkenheid van [gedaagde sub 1] bij de brand kon vaststellen, maar later concludeerde dat er voldoende aanwijzingen waren voor frauduleuze handelingen. De rechtbank benadrukt dat het aan Unigarant is om de feiten en omstandigheden die haar stellingen onderbouwen, duidelijk te formuleren in haar processtukken.

In reconventie vorderen [gedaagde sub 1] en Wibeka schadevergoeding voor onrechtmatig gelegde beslagen en de beschuldigingen van fraude. De rechtbank stelt dat de beoordeling van deze vorderingen pas kan plaatsvinden nadat de conventionele vordering is beslist. De zaak wordt aangehouden voor verdere behandeling, waarbij partijen de gelegenheid krijgen om aanvullende bewijsstukken en getuigen te presenteren. De rechtbank houdt iedere verdere beslissing aan en bepaalt dat de zaak op 25 februari 2009 weer op de rol komt voor het nemen van een akte door partijen.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ZWOLLE-LELYSTAD
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 140552 / HA ZA 08-33
Vonnis van 28 januari 2009
in de zaak van
de naamloze vennootschap
UNIGARANT NV,
gevestigd te Hoogeveen,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. W.P. Maris,
tegen
1. [gedaagde sub 1],
wonende te [woonplaats]
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
WIBEKA SLACHTERIJEN B.V.,
gevestigd te [Emmeloord],
gedaagden in conventie,
eisers in reconventie,
advocaat mr. M.G. Roessingh.
Partijen zullen hierna Unigarant, [gedaagde sub 1] en Wibeka genoemd worden.
1. De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- de akte overlegging producties van Unigarant, met producties,
- de akte houdende producties van Unigarant, met producties,
- de akte depot van Unigarant, met producties,
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie, met producties,
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie,
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie,
- de conclusie van dupliek in reconventie.
2. De feiten
2.1. Unigarant is een verzekeringsmaatschappij. [gedaagde sub 1] is bestuurder van Wibeka.
2.2. Wibeka heeft op 14 november 2003 een leaseovereenkomst gesloten met Axus Nederland B.V. met betrekking tot een Range Rover 3.0 TD6 Vogue, [kenteken], (hierna: de Range Rover). Wibeka heeft de Range Rover all risks verzekerd bij Unigarant.
2.3. Op 19 april 2006 heeft [gedaagde sub 1] Unigarant gemeld dat de Range Rover de dag ervoor te Tuczno in Polen was gestolen en uitgebrand was teruggevonden. Unigarant heeft ter zake EUR 68.064,41 uitgekeerd aan De Reefhorst B.V., dealer van Range Rover.
2.4. Unigarant heeft Advies Bureau Schade (hierna: ABS) opdracht gegeven een onderzoek te doen naar de oorzaak van de brand. Op 22 mei 2006 heeft ABS aan Unigarant gerapporteerd dat haar vooralsnog niet gebleken was dat [gedaagde sub 1] bij de ontvreemding van de Range Rover betrokken is geweest. Bij brief van 30 augustus 2007 meldt zij het onderzoek te hebben heropend. Volgens haar blijkt uit het Poolse dossier 2Ds-118/07 dat [gedaagde sub 1] opdracht heeft verstrekt tot het laten verdwijnen en in brand steken van de Range Rover. Zij adviseert Unigarant aangifte te doen tegen [gedaagde sub 1], omdat er voldoende aanwijzingen zijn dat de claim ten onrechte werd gedaan.
2.5. Unigarant heeft diverse conservatoire (derden)beslagen gelegd onder [gedaagde sub 1] en Wibeka.
3. De vordering in conventie
3.1. Unigarant vordert, kort samengevat, hoofdelijke veroordeling van [gedaagde sub 1] en Wibeka tot betaling van EUR 83.390,99.
3.2. Unigarant stelt dat [gedaagde sub 1] onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld door de Range Rover opzettelijk verloren te doen gaan. Volgens Unigarant was [gedaagde sub 1] betrokken bij het in brand steken van de Range Rover en wordt hij door de Poolse justitie verdacht van het doen van een valse aangifte en verzekeringsfraude. Het in de overgelegde stukken vervatte bewijs van de frauduleuze handelingen van [gedaagde sub 1] is volgens Unigarant in civiele zin overweldigend.
3.3. Wibeka heeft, aldus Unigarant, gehandeld in strijd met artikel 7 van de polisvoorwaarden, waarin de verplichtingen van een verzekerde in geval van schade zijn opgesomd, en in strijd met de artikelen 6:74 en 6:162 BW. Volgens Unigarant heeft [gedaagde sub 1] het er als bestuurder van Wibeka toe geleid dat zij uitkeringen heeft verstrekt en (onderzoeks)kosten heeft moeten maken.
3.4. Volgens Unigarant heeft zij ten onrechte uitkeringen gedaan. Zij specificeert haar vordering ter zake als volgt:
EUR 68.064,41 uitgekeerd voor het teniet gaan van de Range Rover
EUR 3.008,54 vervangend vervoer voor [gedaagde sub 1]
EUR 413,35 vliegreis van [gedaagde sub 1] van Polen naar Nederland
EUR 947,40 persoonlijke schade [gedaagde sub 1]
EUR 525,98 bemiddelingskosten ANWB
EUR 1.682,42 kosten inschakeling ABS
EUR 3.258,83 advocaatkosten, exclusief dagvaarding.
4. Het verweer in conventie
4.1. [gedaagde sub 1] en Wibeka bestrijden de vordering. Volgens hen is de gang van zaken geweest zoals [gedaagde sub 1] dadelijk heeft geschetst.
4.2. [gedaagde sub 1] heeft aan ABS uiteengezet dat hij op 19 april 2006 om ongeveer 15.30 uur in Poznan (Polen) naar de bank is geweest. Daarna is hij naar een bij het plaatsje Tuczno gelegen meer gereden, ongeveer 30 tot 40 kilometer buiten Poznan. Toen hij daar was uitgestapt stopte er een zwarte BMW naast hem. Daaruit stapten vier mannen van wie er één een pistool op [gedaagde sub 1] gericht hield. Zij hebben hem met tape aan een boom geplakt. Daarna zijn de mannen weggegaan en hebben de Range Rover meegenomen. Na ongeveer een uur werd [gedaagde sub 1] bevrijd en is de politie gewaarschuwd. Op het politiebureau te Poznan waar [gedaagde sub 1] aangifte deed, vernam hij dat de Range Rover uitgebrand was aangetroffen.
5. De beoordeling in conventie
5.1. Deze zaak heeft een internationaal karakter, omdat de feitelijke handelingen waar het om gaat in Polen (zouden) zijn gepleegd. Nu Unigarant haar vordering heeft ingesteld tegen een in Nederland woonachtige Nederlander en een in Nederland gevestigde Nederlandse vennootschap, is de Nederlandse rechter bevoegd. Unigarant baseert haar vordering en [gedaagde sub 1] en Wibeka hun verweer op Nederlands recht. De rechtbank neemt daarom aan dat partijen, voor zover nodig, gekozen hebben voor de toepassing daarvan.
5.2. Unigarant stelt dat [gedaagde sub 1] betrokken was bij het in brand steken van de Range Rover ten einde deze verloren te doen gaan. Zij heeft echter, anders dan van haar mag worden verlangd, noch in de inleidende dagvaarding noch in haar conclusie van repliek duidelijk feiten en/of omstandigheden gesteld die haar stelling onderbouwen en de rol van [gedaagde sub 1] duidelijk maken. Mogelijk dat deze feiten zijn gelegen in het door Unigarant gepresenteerde bewijsmateriaal, maar het is aan haar om in haar processtukken de feiten waarop zij haar stelling baseert te formuleren. [gedaagde sub 1] en Wibeka betwisten overigens uitgebreid gemotiveerd dat verzekeringsfraude is gepleegd. Gelet op het debat van partijen tot nu toe zal de rechtbank, ook om redenen van proceseconomie, Unigarant alsnog in de gelegenheid stellen te voldoen aan haar stelplicht.
Unigarant beroept zich op de rechtsgevolgen van voormelde stelling, zodat –gelet op de betwisting door [gedaagde sub 1] en Wibeka- op haar de last rust bewijs daarvan bij te brengen. Van Unigarant mag worden verlangd dat zij het door haar gepresenteerde bewijsmateriaal dat volgens haar een overvloed aan bewijs bevat- in haar conclusies analyseert en aangeeft waar bewijs voor haar stelling is te vinden. [gedaagde sub 1] en Wibeka hebben zich wèl uitgelaten over de bewijsmiddelen, maar dat ontslaat Unigarant niet van haar verplichting dat zelfstandig te doen, omdat niet uit te sluiten is dat er zich volgens Unigarant meer en ander bewijs bij de stukken bevindt dan haar wederpartij noemt.
De rechtbank overweegt op voorhand dat de rapportage van ABS weinig bijdraagt tot het bewijs, omdat de brief van 30 augustus 2007 (rov. 2.4.) geen uitwerking van bewijsmiddelen bevat maar alleen een conclusie en een advies aan Unigarant.
De rechtbank zal Unigarant in de gelegenheid stellen bij akte ook uiteen te zetten welke (delen van) de verklaringen volgens haar bewijs opleveren voor haar stelling. In haar akte dient Unigarant ook aan te geven of zij nog aanvullend bewijs door getuigen wenst te leveren en zo ja, wie zij als getuige wil laten horen en, in verband met het internationale karakter van deze zaak, op welke wijze.
6. De vordering in reconventie
6.1. [gedaagde sub 1] en Wibeka vorderen, kort samengevat, dat de rechtbank Unigarant zal:
1. veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding, op te maken bij staat, in verband met onrechtmatig gelegde beslagen;
2. veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding, op te maken bij staat, in verband met het onterecht beschuldigen van [gedaagde sub 1] van het begaan van een strafbaar feit en in verband met het veroorzaken van psychisch leed;
3. zal verplichten Berkelstede Notarissen te Borculo (hierna: de notaris) schriftelijk te berichten het daar in depot gestorte bedrag aan Wibeka uit te keren.
6.2. Unigarant heeft een groot aantal beslagen laten leggen. Wibeka handelt (mede) in onroerend goed. Door de beslagen is die handel volgens Wibeka geheel stil komen te liggen. Voorts kon door de beslaglegging niet in vlees gehandeld worden. Daardoor is omzetverlies geleden. Verder hebben [gedaagde sub 1] en Wibeka kosten moeten maken om voor de opheffing van de beslagen zekerheid te stellen.
6.3. [gedaagde sub 1] en zijn familie zijn zeer aangedaan door de onterechte beschuldigingen van fraude. Die zijn extra hard aangekomen, omdat ontkend wordt dat [gedaagde sub 1] slachtoffer is van een gewapende overval. Bovendien is het onterecht in dezen een vordering uit onrechtmatige daad in te stellen.
7. Het verweer in reconventie
7.1. Unigarant bestrijdt dat er een grond is voor de vorderingen van [gedaagde sub 1] en Wibeka.
7.2. Direct nadat de beslagen waren gelegd is er contact geweest tussen de wederzijdse advocaten. Dat heeft er toe geleid dat [gedaagde sub 1] en Wibeka een bankgarantie hebben gesteld, waarna de beslagen zijn opgeheven. De vordering van [gedaagde sub 1] en Wibeka betreft een van de beslagen, maar onduidelijk is welk en waaruit de schade zou bestaan.
7.3. De conventionele vordering is niet ongegrond ingesteld, zodat er geen plaats is voor vergoeding van immateriële schade.
8. De beoordeling in reconventie
Inhoudelijke beoordeling van de vorderingen van [gedaagde sub 1] en Wibeka kan pas aan de orde komen nadat in conventie is beslist. Wel wenst de rechtbank voordien te worden geïnformeerd over de beslagen en de gestelde zekerheid. Partijen dienen aan te geven of er nog enig beslag rust en zo ja, waarop, en of [gedaagde sub 1] en Wibeka nu tot zekerheid een bedrag onder de notaris hebben gestort (hun standpunt) of dat zij een bankgarantie hebben gesteld (het standpunt van Unigarant).
9. Beoordeling in conventie en reconventie
De zaak zal naar de rol worden verwezen. Iedere beslissing zal worden aangehouden.
10. De beslissing
De rechtbank
in conventie en in reconventie
10.1. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 25 februari 2009 voor het nemen van een akte door partijen (eerst Unigarant, daarna [gedaagde sub 1] en Wibeka) over hetgeen is vermeld onder 5.2. en 8,
10.2. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.H. Huijzer en in het openbaar uitgesproken op 28 januari 2009.