ECLI:NL:RBZLY:2009:BH3312
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in vervolging tegen uitgeschreven rechtspersoon
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 27 januari 2009, stond de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie centraal. De zaak betrof een rechtspersoon die reeds was uitgeschreven uit het register van de Kamer van Koophandel op het moment dat de vervolging werd ingesteld. De verdachte was niet verschenen tijdens de zittingen op 18 september 2008 en 13 januari 2009, waardoor er verstek werd verleend. De officier van justitie, mr. M.P. Pomper, stelde dat het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk verklaard diende te worden in de vervolging. De rechtbank heeft deze stelling onderschreven en geoordeeld dat de vervolging niet kon doorgaan, aangezien de rechtspersoon niet meer bestond op het moment van de vervolging. De rechtbank heeft dan ook besloten het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in zijn vervolging. Deze uitspraak benadrukt het belang van de rechtsgeldigheid van de vervolging en de noodzaak dat de verdachte op het moment van vervolging nog een juridische entiteit is.