ECLI:NL:RBZLY:2008:BD9173
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om contra-expertise naar THC in aangetroffen plantjes
In de zaak met parketnummer 07.601085-07 heeft de politierechter op 7 juli 2008 uitspraak gedaan. De verdachte, bijgestaan door mr. G.J. van Oosten, werd beschuldigd van het bezit van hennepplantjes die op 1 juni 2006 in het laadgedeelte van zijn auto waren aangetroffen. De verdediging verzocht om een contra-expertise naar de aanwezigheid van THC in deze plantjes, omdat er geen rapportage van een Narco-test in het dossier aanwezig was. De raadsman voerde aan dat de door de politie uitgevoerde test chemische reacties teweegbrengt die THC kunnen genereren, en dat er wetenschappelijke controverse bestaat over de mogelijkheid dat een hennepplant in de eerste zeven weken THC kan bevatten.
De politierechter overwoog dat het verzoek om contra-expertise bedoeld is om de uitslag van een eerdere expertise te ontkrachten. Aangezien er echter geen expertise was verricht naar de aanwezigheid van THC in de plantjes, concludeerde de politierechter dat het verzoek om contra-expertise geen strafvorderlijk belang diende. Daarom werd het verzoek afgewezen. De uitspraak vond plaats tijdens de openbare terechtzitting op 7 juli 2008, waarbij de verdachte aanwezig was en werd bijgestaan door zijn advocaat. De beslissing werd genomen door mr. G.H. Meijer, politierechter, in aanwezigheid van griffier E.M. Scheffer.