ECLI:NL:RBZLY:2008:BD9173

Rechtbank Zwolle-Lelystad

Datum uitspraak
7 juli 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07.601085-07
Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om contra-expertise naar THC in aangetroffen plantjes

In de zaak met parketnummer 07.601085-07 heeft de politierechter op 7 juli 2008 uitspraak gedaan. De verdachte, bijgestaan door mr. G.J. van Oosten, werd beschuldigd van het bezit van hennepplantjes die op 1 juni 2006 in het laadgedeelte van zijn auto waren aangetroffen. De verdediging verzocht om een contra-expertise naar de aanwezigheid van THC in deze plantjes, omdat er geen rapportage van een Narco-test in het dossier aanwezig was. De raadsman voerde aan dat de door de politie uitgevoerde test chemische reacties teweegbrengt die THC kunnen genereren, en dat er wetenschappelijke controverse bestaat over de mogelijkheid dat een hennepplant in de eerste zeven weken THC kan bevatten.

De politierechter overwoog dat het verzoek om contra-expertise bedoeld is om de uitslag van een eerdere expertise te ontkrachten. Aangezien er echter geen expertise was verricht naar de aanwezigheid van THC in de plantjes, concludeerde de politierechter dat het verzoek om contra-expertise geen strafvorderlijk belang diende. Daarom werd het verzoek afgewezen. De uitspraak vond plaats tijdens de openbare terechtzitting op 7 juli 2008, waarbij de verdachte aanwezig was en werd bijgestaan door zijn advocaat. De beslissing werd genomen door mr. G.H. Meijer, politierechter, in aanwezigheid van griffier E.M. Scheffer.

Uitspraak

RECHTBANK ZWOLLE - LELYSTAD
Sector Strafrecht - Politierechter
Parketnummer: 07.601085-07
Datum: 7 juli 2008
Vonnis in de zaak van:
het openbaar ministerie
tegen
[verdachte],
[geboortedatum],
[woonplaats].
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 23 juni 2008. De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. G.J. van Oosten, advocaat te Amsterdam.
TENLASTELEGGING
De verdachte is ten laste gelegd dat:
(volgt tenlastelegging)
BEWIJS
De raadsman heeft verzocht de zaak te verwijzen naar de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken van deze rechtbank, teneinde een contra-expertise te doen plaatsvinden naar de aanwezigheid van THC in de aangetroffen stekken in de auto van de verdachte. De raadsman heeft aangevoerd dat de door de politie uitgevoerde test chemische reacties teweegbrengt waardoor THC ontstaat, terwijl er in de wetenschap een controverse bestaat over de vraag of een hennepplant in de eerste zeven weken THC kan bevatten.
De politierechter overweegt dienaangaande dat in het dossier zich geen rapportage bevindt van een zogeheten Narco-test met betrekking tot de op 1 juni 2006 in het laadgedeelte van de [auto] aangetroffen plantjes. Hieruit volgt dat er vanuit moet worden gegaan dat geen expertise is verricht naar de aanwezigheid van THC in deze plantjes. De politierechter overweegt dat een verzoek om contra-expertise de strekking heeft de uitslag van een expertise te ontkrachten en dat, bij het ontbreken van een expertise, het doen verrichten van een contra-expertise geen enkel strafvorderlijk belang dient.
De politierechter wijst het verzoek om die reden af.
BESLISSING
De politierechter wijst het verzoek tot contra-expertise af.
Aldus gewezen door mr. G.H. Meijer, politierechter, in tegenwoordigheid van E.M. Scheffer als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 juli 2008.