ECLI:NL:RBZLY:2008:BD1974
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- G.H. Meijer
- G.J.J.M. Essink
- J.P.C. Obbink
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in strafzaak met meerdere tenlasteleggingen
In de strafzaak voor de Rechtbank Zwolle-Lelystad, met parketnummer 07.601017-07, is op 6 mei 2008 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van meerdere strafbare feiten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte weliswaar de onderneming dreef waaruit de tenlasteleggingen voortvloeiden, maar dat er onvoldoende bewijs was om de betrokkenheid van de verdachte bij de specifieke feiten te bewijzen. De rechtbank overwoog dat de belastende verklaringen van getuigen niet voldoende waren om tot een veroordeling te komen, aangezien deze verklaringen niet specifiek genoeg waren met betrekking tot de negen ten laste gelegde feiten. Hierdoor kon de rechtbank niet wettig en overtuigend bewezen achten dat de verdachte schuldig was aan de hem ten laste gelegde feiten.
De officier van justitie had een gevangenisstraf van 18 maanden geëist, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor een veroordeling. De verdachte werd dan ook vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. Tevens werd in de uitspraak bepaald dat de benadeelde partijen, die vorderingen hadden ingediend, niet-ontvankelijk werden verklaard in hun vordering, nu de verdachte was vrijgesproken. De uitspraak werd gedaan in tegenwoordigheid van de griffier, E.M. Scheffer, en de voorzitter, mr. G.H. Meijer, was buiten staat om het vonnis mede te ondertekenen.