ECLI:NL:RBZLY:2008:BD1250
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- G.J.J.M. Essink
- G.H. Meijer
- G.E.A. Neppelenbroek
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor valsheid in geschrift en schuldwitwassen met oplegging van taakstraf
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 22 april 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van valsheid in geschrift en schuldwitwassen. De tenlastelegging omvatte twee feiten, waarbij de verdachte onder andere werd verweten een werkgeversverklaring valselijk te hebben opgemaakt voor een hypotheekaanvraag. De rechtbank oordeelde dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig was aan het onder 1 en 2 subsidiair ten laste gelegde. De rechtbank benadrukte dat het handelen van de verdachte bijzonder lichtvaardig was, met mogelijke ernstige gevolgen voor derden die door de hypothecaire lening gedupeerd konden worden.
De rechtbank heeft de verdachte, gezien zijn blanco strafblad, niet veroordeeld tot een gevangenisstraf, maar heeft in plaats daarvan een werkstraf opgelegd van 200 uur. De officier van justitie had deze werkstraf geëist, en de rechtbank volgde dit advies. De rechtbank heeft ook enkele vergissingen in de tenlastelegging gecorrigeerd, waarbij een bedrag van 47.922 euro moest worden gelezen als 47.992 euro. De verdachte werd vrijgesproken van het onder 2 primair ten laste gelegde, omdat dit niet wettig en overtuigend bewezen kon worden.
De beslissing van de rechtbank is gegrond op de artikelen 22c, 22d, 27 en 57 van het Wetboek van Strafrecht. De rechtbank heeft de taakstraf opgelegd met de bepaling dat, indien de verdachte de taakstraf niet of niet naar behoren verricht, deze kan worden omgezet in 100 dagen hechtenis, of een aantal dagen hechtenis dat evenredig is aan het niet verrichte aantal uren taakstraf.