ECLI:NL:RBZLY:2008:BD1228
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- G.J.J.M. Essink
- G.H. Meijer
- G.E.A. Neppelenbroek
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor medeplegen van oplichting en witwassen met taakstraf
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 22 april 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van medeplegen van oplichting en witwassen. De officier van justitie, mr. H. Harmeijer, eiste een taakstraf van 180 uur, subsidiair 90 dagen hechtenis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig is aan de tenlastegelegde feiten, te weten het medeplegen van oplichting en witwassen, zoals strafbaar gesteld in respectievelijk artikel 326 juncto 47 en artikel 420 bis van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de omstandigheden waaronder de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de feiten. De verdachte had, ondanks het feit dat er geen verbouwingen hadden plaatsgevonden, onjuiste facturen opgemaakt en deze ter hand gesteld aan een medeverdachte. Hierdoor kon de medeverdachte geld aan het bouwdepot onttrekken. De rechtbank heeft ook een uittreksel van de justitiële documentatie van de verdachte in haar beslissing betrokken.
De rechtbank heeft uiteindelijk besloten om de verdachte een taakstraf op te leggen van 200 uren, met de bepaling dat bij niet-nakoming van deze taakstraf, deze kan worden omgezet in 100 dagen hechtenis. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten die niet wettig en overtuigend bewezen zijn verklaard. De uitspraak is gedaan in een openbare terechtzitting, waarbij de verdachte aanwezig was en werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. V. Kraal.