ECLI:NL:RBZLY:2007:BB8808
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.I. Lammertsma-van der Heij
- F.G. van Arem
- F. van der Maden
- Rechtspraak.nl
Toekenning en weigering van indicaties voor zorg op basis van de AWBZ voor een kind met de ziekte van Pompe
In deze zaak gaat het om de toekenning en weigering van indicaties voor zorg op basis van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) voor een 12-jarig meisje met de ziekte van Pompe. Eiseres, die volledig afhankelijk is van zorg, heeft een indicatiebesluit aangevraagd voor verschillende zorgvormen, waaronder huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging en ondersteunende begeleiding. Het bestuur van de stichting Centrum Indicatiestelling Zorg heeft op 13 september 2005 een indicatiebesluit genomen, waartegen bezwaar is gemaakt. Het College voor Zorgverzekeringen heeft advies uitgebracht, waarna het bezwaar ongegrond werd verklaard. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, en de rechtbank heeft de zaak op 4 oktober 2007 behandeld.
De rechtbank oordeelt dat de indicatiesteller onvoldoende zorgvuldig te werk is gegaan. De CIZ-arts heeft geen contact opgenomen met de ouders van eiseres en heeft haar niet zelf gezien, wat leidt tot een onvolledig beeld van de zorgbehoefte. De rechtbank concludeert dat de indicaties voor huishoudelijke verzorging en ondersteunende begeleiding ten onrechte zijn geweigerd, terwijl de indicaties voor persoonlijke verzorging en verpleging niet in voldoende mate zijn gemotiveerd. De rechtbank vernietigt het besluit van 6 maart 2007 voor wat betreft de weigering van de indicaties en bepaalt dat verweerder een nieuw besluit op bezwaar moet nemen, waarbij rekening moet worden gehouden met de uitspraak.
De rechtbank benadrukt dat de zorg voor eiseres, gezien haar complexe medische situatie, niet kan worden vergeleken met gebruikelijke zorg voor een kind van haar leeftijd. De rechtbank oordeelt dat de indicaties voor zorg in het kader van de AWBZ moeten worden heroverwogen, met inachtneming van de specifieke zorgbehoeften van eiseres. De rechtbank veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres en bepaalt dat het griffierecht wordt vergoed.