ECLI:NL:RBZLY:2007:AZ9847
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Indeplaatsstelling van huurder in het huurrecht met betrekking tot een grandcafé
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 8 februari 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen de vennootschap onder firma Dikke van Dale V.O.F. (hierna: DvD) en de besloten vennootschap KLV. DvD, vertegenwoordigd door mr. R.G.M. Sleutels, heeft verzocht om indeplaatsstelling van de besloten vennootschap Dikke van Dale B.V. als huurder van een bedrijfsruimte, gelegen aan de Nieuwe Markt 36 en 37 te Deventer. KLV, vertegenwoordigd door mr. H.B.J. Huiskes, heeft verweer gevoerd tegen dit verzoek, met als argument dat DvD niet ontvankelijk zou zijn in haar vordering en dat de vordering afgewezen zou moeten worden.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat DvD een zwaarwichtig belang heeft bij de indeplaatsstelling, aangezien de vennooten van DvD de horecaonderneming willen onderbrengen in een besloten vennootschap om fiscale en financiële redenen. De kantonrechter heeft daarbij artikel 7:307 van het Burgerlijk Wetboek in acht genomen, dat de mogelijkheid van indeplaatsstelling regelt. De rechter heeft geoordeeld dat de door DvD voorgestelde vennootschap voldoende waarborgen biedt voor de nakoming van de verplichtingen uit de huurovereenkomst.
De kantonrechter heeft de vordering van DvD toegewezen, onder de voorwaarde dat de vennoten zich persoonlijk garant stellen voor de huurprijs en andere verplichtingen voor een termijn van vijf jaar. Tevens is bepaald dat er gedurende deze termijn geen wijziging mag optreden in de directie of aandeelhouders van de besloten vennootschap. KLV is veroordeeld in de proceskosten, aangezien zij als de overwegend in het ongelijk gestelde partij werd aangemerkt. De kantonrechter heeft de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten afgewezen, omdat niet aannemelijk was dat deze kosten meer omvatten dan de gebruikelijke kosten zoals bedoeld in de wet.