2.1.1 In deze zaak staat als gesteld en erkend, dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken en/of blijkend uit niet-betwiste producties het navolgende vast.
2.1.2 [eiseres] teelde tot 1999 (onder meer) suikerbieten. Zij leverde deze suikerbieten aan CSM. Daartoe sloten partijen jaarlijks een leveringscontract, laatstelijk op 12 januari 1999. Op dat contract was het Suikersysteem 1999 van toepassing. In het kader van dat systeem beschikte [eiseres] over een zogenoemde basisreferentie suikerbieten van 79.869 kilogram.
2.1.3 Het Suikersysteem 1999 luidt onder andere als volgt:
“Artikel 1 Toepassing
(...)
2. Uitsluitend door middel van een contract tussen teler en een van de Nederlandse suikerfabrikanten is het Suikersysteem 1999 van toepassing. (...)
Artikel 2 Definities
De termen in Bijlage A gegeven dienen hierna volgend op de daar omschreven wijze te worden gehanteerd.
Artikel 3 De toewijzing
1. Een suikerfabrikant kan een toewijzing voor het toewijzingsjaar 1999 aan een teler verschaffen op grond van de door hem volgens Afdeling II en III opgebouwde basisreferentie en het toewijzingspercentage. (...)
(…)
Artikel 8 Basisreferentie voor de regelmatige teler
De basisreferentie voor de regelmatige teler wordt bepaald door het gemiddelde van zijn drie hoogste polsuikerreferenties in de referentieperiode.
Artikel 9 Basisreferentie voor de niet-regelmatige teler
1. De basisreferentie voor de niet-regelmatige teler wordt als volgt bepaald:
a. Telers die in de referentieperiode polsuikerreferentie hebben verkregen gedurende vier teeltjaren
De basisreferentie wordt vastgesteld op het gemiddelde van de drie hoogste polsuikerreferenties in deze vier jaren.
b. Telers die in de referentieperiode polsuikerreferentie hebben verkregen gedurende drie teeltjaren
De basisreferentie wordt vastgesteld op het gemiddelde van de twee hoogste polsuikerreferenties in deze drie jaren.
c. Telers die in de referentieperiode polsuikerreferentie hebben verkregen gedurende twee jaren
De basisreferentie wordt vastgesteld op het gemiddelde van de polsuikerreferenties in twee jaren.
d. Telers die in de referentieperiode polsuikerreferentie hebben verkregen gedurende één jaar. De basisreferentie wordt vastgesteld op basis van dit teeltjaar.
(…)
Artikel 12 Polsuikerreferenties
Polsuikerreferentie in een bepaald teeltjaar is de door de teler werkelijk geleverde of door overschrijving verkregen hoeveelheid polsuiker, waarop eventueel correcties (…) hebben plaatsgevonden.”
Bijlage A van het Suikersysteem 1999 luidt onder andere:
“Referentieperiode
De periode van vijf jaar voorafgaand aan het toewijzingsjaar 1999 (…)”
2.1.4 Op 5 augustus 1999 heeft [eiseres] het recht van erfpacht betreffende circa 46,5 ha landbouwgrond verkocht aan de gemeente Noordoostpolder. Op 26 april 1999 heeft [eiseres] haar basisreferentie van 79.869 kg polsuiker verkocht aan derden. Nadat die koopovereenkomsten zijn ontbonden heeft [eiseres] de basisreferentie overgedragen aan Akkerbouw Promotie Projecten (hierna: APP).
2.1.5 Bij brief van 21 mei 1999 aan [eiseres] schrijft CSM onder meer:
“(...) Wij doen u hierbij een herziene toewijzing voor 1999 toekomen. De suikerreferentie is afgeboekt en uw toewijzing is 0 kg polsuiker.
De afboeking heeft plaatsgevonden in verband met het feit dat het ons bekend is geworden dat u het erfpachtrecht heeft verkocht en daardoor uw huidige bedrijf heeft beëindigd (artikel 4 van het Suikersysteem 1999).
De gronden worden op termijn onttrokken aan de agrarische bestemming; artikel 19 is van toepassing.
Op basis van dit artikel kunt u een verzoek indienen bij CSM Suiker bv om de suikerreferentie over te laten schrijven naar een door u nieuw te verwerven bedrijf.
De voorwaarden staan vermeld in artikel 19 van het suikersysteem. (...)”.
2.1.6 Tegen deze beslissing heeft [eiseres] bezwaar gemaakt. Tegen de beslissing van CSM op dit bezwaar is [eiseres] in beroep gekomen bij de arbitragecommissie voor het suikersysteem. Bij arbitraal vonnis van 20 maart 2001 heeft de arbitragecommissie het verzochte afgewezen en de beslissing waarvan beroep bevestigd.
2.1.7 Bij brief van 2 april 2002 heeft APP CSM meegedeeld dat zij met [eiseres] is overeengekomen dat de basisreferentie naar APP wordt overgeschreven en zij verzoekt CSM op grond van deze basisreferentie om een toewijzing voor 2002 en het hierbij behorende leveringscontract.
2.1.8 In 2003 heeft [eiseres] CSM verzocht om met haar een leveringscontract af te sluiten.
2.1.9 CSM heeft zowel op het verzoek van APP als op het verzoek van [eiseres] in 2002 en 2003 om met hen een leveringscontract aan te gaan afwijzend gereageerd, kort gezegd, op de grond dat de basisreferentie van [eiseres] bij beslissing van CSM van 21 mei 1999 bevestigd bij arbitraal vonnis van 20 maart 2001 - is ingetrokken zodat [eiseres] niet meer over die basisreferentie beschikt en deze derhalve niet (rechtsgeldig) kon overdragen aan APP.
2.1.10 Het Suikersysteem 2002 kent bepalingen die, als zij al niet letterlijk dan wel inhoudelijk, gelijk zijn aan de in rechtsoverweging 2.1.3 geciteerde bepalingen van het Suikersysteem 1999. De rechtbank citeert hier van het Suikersysteem 2002 nog slechts:
“Artikel 1 Toepassing
(…)
2. Het Suikersysteem 2002 is alleen van toepassing indien de teler een leveringscontract voor 2002 heeft gesloten met een van de suikerfabrikanten.
3. De teler kan aan het Suikersysteem 2002 geen recht tot levering aan een van de Nederlandse suikerfabrikanten ontlenen. (…)”
2.1.11 Partijen hebben de tekst van het Suikersysteem 2003 niet overgelegd, maar hebben evenmin betoogd dat deze afwijkt van het Suikersysteem 2002. De rechtbank neemt daarom als uitgangspunt dat het Suikersysteem 2003 gelijk is aan het Suikersysteem 2002.