ECLI:NL:RBZLY:2006:AZ2612
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Opheffing van vereffening van een nalatenschap en vaststelling van vereffeningskosten
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 20 november 2006, werd een verzoek tot opheffing van de vereffening van een nalatenschap ingediend. De verzoeker, mr. A.C. Goedegebure, notaris te Kampen, vertegenwoordigde de gezamenlijke erfgenamen van de erflater, die op [datum] was overleden. De erfgenamen hadden de nalatenschap beneficiair aanvaard, maar de activa van de nalatenschap waren aanzienlijk lager dan de schulden, wat leidde tot de vraag of de vereffening kon worden opgeheven.
De kantonrechter, M.E.L. Fikkers, beoordeelde het verzoek en stelde vast dat de preferente kosten van lijkbezorging hoger waren dan de activa van de nalatenschap. Dit gaf aanleiding om de vereffening op te heffen. De kantonrechter bepaalde dat de vereffeningskosten vastgesteld moesten worden op € 1051,78, maar dat het niet zijn taak was om andere boedelkosten, zoals een deel van de kosten van lijkbezorging, vast te stellen. Het verzoek om deze kosten vast te stellen werd dan ook afgewezen.
De kantonrechter droeg de griffier op om de opheffing van de vereffening in te schrijven in het boedelregister. De beslissing werd uitgesproken in de openbare terechtzitting, waarbij de mogelijkheid tot hoger beroep werd vermeld. De zaak benadrukt de rol van de kantonrechter in erfrechtelijke kwesties en de grenzen van zijn bevoegdheden met betrekking tot de vaststelling van boedelkosten.