ECLI:NL:RBZLY:2005:AU6058
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Toelaatbaarheid van verborgen camera's op de werkvloer en de gevolgen voor ontslag op staande voet
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 11 november 2005, staat de toelaatbaarheid van het gebruik van verborgen camera's op de werkvloer centraal. De eiser, werkzaam als hoofd inkoop bij Dynabyte B.V., werd op staande voet ontslagen na het heimelijk filmen van zijn handelingen met verborgen camera's. De kantonrechter moest beoordelen of de video-opnames, die door de werkgever waren gemaakt om diefstal te voorkomen, wederrechtelijk waren en of het ontslag gerechtvaardigd was.
De eiser betoogde dat hij bevoegd was om het magazijn buiten kantooruren te betreden en goederen mee te nemen, en dat de video-opnames in strijd waren met artikel 139f van het Wetboek van Strafrecht. De kantonrechter oordeelde echter dat de aanwezigheid van de camera's voldoende kenbaar was gemaakt aan de ondernemingsraad, waardoor de wederrechtelijkheid van de opnames niet van toepassing was. Dit betekende dat de video-opnames als bewijs in de procedure konden worden gebruikt.
De rechter concludeerde dat de eiser zich schuldig had gemaakt aan het onrechtmatig toe-eigenen van goederen, wat een valide ontslaggrond opleverde. De kantonrechter wees de vordering van de eiser tot betaling van salaris af en oordeelde dat de arbeidsovereenkomst door het ontslag op staande voet was geëindigd. De eiser werd bovendien veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde partij, Dynabyte B.V.