RECHTBANK ZWOLLE
Sector civiel
Enkelvoudige handelskamer
Zaaknr/rolnr: 84500 / HA ZA 03-311
Uitspraak: 7 juli 2004
in de zaak, aanhangig tussen:
1. de besloten vennootschap AOB COMPAZ B.V.,
gevestigd te Zwolle,
2. de besloten vennootschap CALDER GROEP B.V.,
gevestigd te Zwolle
procureur mr. J.A. van Wijmen,
advocaat mr. S. Smink te Groningen,
[gedaagde],
wonende te [plaats],
gedaagde,
procureur mr. H.J. Schaatsbergen,
advocaat mr. J.K.P.M. Dubach te Helmond.
Eisers zullen hierna tezamen als "Compaz c.s." en ieder afzonderlijk als "AOB Compaz" en "Calder" worden aangeduid. Gedaagde zal als "[gedaagde]" worden
aangeduid.
In deze zaak is op 11 juni 2003 een vonnis gewezen, waarbij de rechtbank de vordering onder 2 en voor zover nodig de vorderingen onder 4, 5 en 6 in conventie en de vordering in reconventie heeft verwezen naar de sector kanton, locatie Lelystad.
Nadien hebben partijen nog de volgende processtukken gewisseld:
- een conclusie van repliek aan de zijde van Compaz c.s.;
- een conclusie van dupliek aan de zijde van [gedaagde];
- een akte houdende o.a. uitlating producties aan de zijde van Compaz c.s.
Vervolgens is op verzoek van partijen vonnis bepaald.
1.1 Tussen partijen staat als gesteld en erkend dan wel niet (voldoende) betwist -mede op grond van de overgelegde en in zoverre niet bestreden bescheiden- het volgende vast.
1.2 Tuner Nederland Holding B.V. i.o. heeft per 1 januari 2000 de activiteiten, inclusief alle activa en passiva per 1 januari 2000, overgenomen van de Stichting Compaz/ Tuner RTTC. [gedaagde] was directeur van deze stichting.
1.3 Bij een door notaris E.D. de Jongh te Dronten verleden akte d.d. 13 april 2000 werd de besloten vennootschap Tuner Nederland Holding B.V. opgericht. De aandelen in Tuner Nederland Holding werden gehouden door [gedaagde], die ook statutair directeur werd. In de slotverklaringen in de akte werd onder meer het volgende bepaald:
"A. DIRECTIE, BOEKJAAR, GEPLAATST KAPITAAL
(...)
3. Bij de oprichting zijn geplaatst veertig (40) aandelen, vertegenwoordigende een geplaatst kapitaal van veertigduizend gulden (f. 40.000,--).
4. In het geplaatste kapitaal wordt deelgenomen door de verschenen personen voor 40 (veertig) aandelen.
5. De geplaatste aandelen worden volgestort op de wijze en onder de bepalingen hierna sub B en C vermeld.
B. STORTING IN GELD
De geplaatste aandelen worden door de verschenen persoon volgestort in geld.
C. AANVAARDING STORTINGEN
De onder b bedoelde stortingen hebben plaatsgevonden, hetgeen blijkt uit de aan deze akte te hechten verklaring(en), als bedoeld in de wet, welke stortingen bij deze door de vennootschap worden aanvaard."
1.4 Blijkens een door [gedaagde] en de heer [naam 1] ondertekende notitie nam Capabel, Arbeidsadvies en Assessment b.v. (hierna: Capabel) alle activiteiten, activa en passiva per 1 januari 2000 over van Tuner Holding Nederland B.V. i.o. op het moment van oprichting van Tuner Holding Nederland B.V. voor fl. 50.000,00. [gedaagde] zou, volgens die notitie, benoemd worden tot directeur van Capabel en 25% van de aandelen in Capabel verwerven.
1.5 Blijkens een door notaris Blom te Stad Delden verleden akte van 9 november 2000 heeft [gedaagde] zijn aandelen in Tuner Nederland Holding voor een koopsom van fl. 50.000,00 verkocht en geleverd aan Calder Groep B.V. De akte bevat onder meer de volgende bepalingen:
"2. Balans.
Aangezien de vennootschap is opgericht op dertien april tweeduizend is er nog geen balans aanwezig. Koper is op de hoogte van de vermogenssituatie der vennootschap.
Verkoper verleent geen balansgarantie aan koper.
3. Overige bepalingen
verkoper verklaart voorts:
(...)
c. dat aan koper alle inlichtingen en gegevens met betrekking tot de vennootschap zijn verstrekt, die,
naar verkoper heeft begrepen of redelijkerwijs heeft moeten begrijpen, voor koper van belang zijn;
d. voor zover verkoper bekend is of kon zijn, dat de vennootschap niet in gebreke is terzake van de
nakoming van enige op zich genomen verplichting, dan wel van enig wettelijk voorschrift;
(...)"
1.6 De naam van Capabel is per 1 juni 2000 gewijzigd in Tuner Nederland B.V. Tuner Nederland B.V. is, blijkens een op 27 juni 2002 voor notaris Blom voornoemd verleden akte, gefuseerd met Compaz Onderwijs B.V. en AOB Rijnmond B.V. Laatstgenoemde vennootschap was de verkrijgende vennootschap. Na de fusie werd de naam gewijzigd in AOB Compaz B.V.
1.7 In een brief van 28 november 2000 aan "Compaz Tuner RTTC" heeft mr. Klostermann Compaz Tuner RTTC namens de gemeente Dronten aansprakelijk gesteld voor de gevolgen van het feit dat de Algemene Directie voor de Arbeidsvoorziening (ADA) de subsidie van een door Compaz in opdracht van de gemeente uitgevoerd project, dat mede was gefinancierd uit ESF gelden, alsnog op nihil had gesteld. Volgens mr. Klostermann zou de administratie van het project tot vragen geleid hebben, die door Compaz niet beantwoord zijn. Mr. Klostermann kondigt aan dat de gemeente bezwaar zal maken tegen de beschikking van de ADA en sommeert Compaz alle medewerking te verlenen door de ADA alsnog de gewenste informatie te verstrekken.
1.8 In een op briefpapier van Tuner Nederland B.V. geschreven en in zijn hoedanigheid van directeur van Tuner Nederland B.V. ondertekende brief van 18 december 2001 aan
mr. Klostermann heeft [gedaagde] op de brief van mr. Klostermann van 28 november 2000 gereageerd. In deze brief schreef [gedaagde] onder meer:
"Voor alle duidelijkheid moet worden gesteld dat door de heer [naam 1] en twee directe medewerkers gedurende een periode van twee weken zeer tijdsintensief is gewerkt aan herstelwerkzaamheden ten behoeve van het leerwerkproject van de gemeente Dronten. Door een omissie in de agenda is de heer [naam 1] alsook ondergetekende niet verschenen op de gemaakte vervolgafspraak. De reactie van ADA is derhalve begrijpelijk, maar doet geen recht aan de door Caldergroep cq Compaz/ Tuner RTTC gedane inspanning.
Ook aan de door u namens de gemeente Dronten gevraagde medewerking is tot op heden een maximale invulling gegeven, hetgeen door u aan mij (onder voorbehoud van alle rechten) is bevestigd. Overigens mag dit ook blijken uit het nasturen van aanvullende informatie door de heer [naam 1], het op verzoek van de afdeling Financiën ter beschikking stellen van de registeraccountant Deloitte & Touche van de Caldergroep (meerkosten afgezet tegen de reeds eerdergenoemde aanvullende inspanning van de heer
[naam 1]) en de toezegging om (na afgifte ADA-resultaat) tot een vervolgafspraak te komen op het gemeentehuis te Dronten."
1.9 [gedaagde] heeft met ingang van 1 oktober 2001 ontslag genomen als directeur van Tuner Nederland.
1.10 Tot zekerheid van de nakoming van hun vorderingen hebben Compaz c.s. en Rodin B.V., na verkregen verlof van de voorzieningenrechter, conservatoir beslag doen leggen op de op naam van [gedaagde] staande onverdeelde helft van een woning en tuin te [plaats].
2 Standpunten van partijen
2.1 Compaz c.s. stellen dat [gedaagde] destijds niet op een juridisch correcte wijze heeft voldaan aan zijn verplichting tot volstorting van de aandelen in Tuner Nederland Holding B.V. Daardoor had Tuner Nederland Holding B.V. een vordering tot volstorting ter grootte van fl. 40.000,00 (EURO 18.151,21) op [gedaagde]. Deze vordering is uiteindelijk, via Capabel en Tuner Nederland terecht gekomen bij AOB Compaz. AOB Compaz heeft om die reden, menen Compaz c.s., aanspraak op betaling door [gedaagde] van een bedrag van
EURO 18.151,21, vermeerderd met wettelijke rente.
Compaz c.s. stellen verder dat [gedaagde] bij de verkoop en levering van de aandelen in Tuner Nederland Holding B.V. de vordering van de gemeente Dronten op Tuner Holding Nederland B.V. verzwegen heeft. De vordering zou ongeveer EURO 182.000,00 bedragen. Daardoor zijn zowel AOB Compaz, die de activa en passiva van Tuner Nederland Holding heeft overgenomen, als Calder, die de aandelen heeft verworven, benadeeld. Om die reden vorderen Compaz c.s. dat [gedaagde] veroordeeld wordt om EURO 182.000,00 aan AOB Compaz of Calder te betalen. Voor het geval onduidelijk zou zijn wie van hen benadeeld is, machtigen AOB Compaz en Calder elkaar over en weer om de vordering tegen [gedaagde] in te stellen.
Compaz c.s. maken verder aanspraak op vergoeding van buitengerechtelijke kosten en proceskosten, waaronder de kosten van het gelegde beslag.
2.2 [gedaagde] stelt dat de dagvaarding nietig is. De dagvaarding is, stelt [gedaagde], dermate onsamenhangend en warrig en het is zo onduidelijk wat Compaz c.s. vorderen en ten behoeve van wie en wat de grondslag van hun vorderingen is, dat de dagvaarding moet worden gekwalificeerd als een obscuur libel.
[gedaagde] betwist dat hij de aandelen Tuner Nederland Holding destijds niet heeft volgestort. Bovendien betwist [gedaagde] dat een eventuele vordering terzake van het niet voldoen aan de stortingsplicht zou zijn overgegaan op AOB Compaz.
Betreffende de vordering van de gemeente Dronten betwist [gedaagde] dat de gemeente Dronten een vordering heeft. Bovendien is volgens [gedaagde] onduidelijk op wie de gemeente een vordering zou hebben of meent te hebben. Verder stelt [gedaagde] dat de relevante feiten betreffende de gemeente Dronten destijds bekend waren aan de heer [naam 1], die toen direct en indirect zeggenschap had over Capabel en Calder. Ook voert hij aan dat onduidelijk is waarom hij persoonlijk aansprakelijk zou zijn voor eventuele schade, nu hij gehandeld heeft als directeur van de stichting Compaz/Tuner RTTC. Verder meent hij dat wanneer Calder van oordeel was dat hij zijn informatieplicht geschonden had, zij al veel eerder -eind 2000- actie had moeten ondernemen toen het [naam 1] en twee van zijn directe medewerkers duidelijk werd dat de gemeente Dronten meende een vordering te hebben.Tenslotte betwist [gedaagde] dat Compaz c.s. schade hebben geleden door de kwestie met de gemeente Dronten.
[gedaagde] betwist de verschuldigdheid van buitengerechtelijke kosten.
3 Beoordeling van het geschil
nietigheid van de dagvaarding
3.1 [gedaagde] heeft betoogd dat de dagvaarding nietig is. Aan [gedaagde] kan worden toegegeven dat de dagvaarding niet uitblinkt in helderheid en dat niet (bij eerste lezing) duidelijk is op welke gronden de diverse vorderingen gebaseerd zijn. Dat betekent echter nog niet dat de dagvaarding nietig verklaard dient te worden. [gedaagde] heeft zich tegen de vordering van Compaz c.s. kunnen verweren. Compaz c.s. hebben hun vorderingen en de gronden ervan, mede naar aanleiding van het verweer van [gedaagde], in de conclusie van repliek toegelicht en [gedaagde] heeft daar weer op kunnen reageren. Het is de rechtbank, gelet op het door [gedaagde] gevoerde verweer, niet gebleken dat [gedaagde] door de onduidelijkheid van de dagvaarding onredelijk in zijn verweer is geschaad, zodat de rechtbank het beroep op nietigheid van de dagvaarding ingevolge het bepaalde in artikel 122 lid 1 Rv verwerpt.
de vordering tot volstorting
3.2 De rechtbank zal eerst het verweer van [gedaagde] bespreken dat een eventuele vordering op hem terzake van het niet voldoen aan de stortingsplicht zou zijn overgegaan op AOB Compaz. Wanneer dit verweer slaagt, kan onbesproken blijven of [gedaagde] aan zijn stortingsplicht kan voldoen.
De rechtbank is, met [gedaagde], van oordeel dat een eventuele vordering op [gedaagde] niet is overgegaan op AOB Compaz. [gedaagde] heeft gemotiveerd betwist dat in het kader van de activa/passiva transactie waarbij de activa en passiva van Tuner Nederland Holding B.V. zijn overgedragen aan Capabel, de rechtsvoorgangster van AOB Compaz, ook de vordering tot volstorting is overgedragen. AOC Compaz heeft, tegenover deze betwisting, onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit volgt dat in de activa/passiva transactie ook de vordering op [gedaagde] begrepen was. Zo heeft zij geen akte of ander stuk in het geding gebracht waarin deze vordering als één van de over te dragen activa genoemd wordt. Dat een dergelijk stuk zou bestaan, acht de rechtbank ook niet waarschijnlijk. Zoals uit de in rechtsoverweging 1.4 aangehaalde notitie blijkt, is destijds overeengekomen dat de activa en passiva van Tuner Nederland Holding B.V. i.o. per 1 januari 2000 zouden worden overgedragen aan Capabel. De vordering tot volstorting van aandelen, als daarvan al sprake is, is pas ontstaan bij de oprichting van Tuner Nederland B.V., derhalve op 13 april 2000. Bovendien vormde de vordering geen actiefpost van Tuner Nederland B.V. i.o., maar van Tuner Nederland B.V. Zonder nadere toelichting, die echter ontbreekt, valt niet in te zien dat de betrokken partijen met de overdracht van de activa en passiva van Tuner Nederland B.V. i.o. per 1 januari 2000 ook beoogd hebben een (hun toen nog onbekende) en pas op 13 april 2000 ontstane vordering van Tuner Nederland B.V. op [gedaagde] over te dragen.
3.3 Ook wanneer partijen wel beoogd zouden hebben de (eventuele) vordering op [gedaagde] uit hoofde van volstorting van aandelen over te dragen, leidt dat nog niet tot de conclusie dat de vordering is overgegaan op Capabel en (later) AOB Compaz. Een vordering tot volstorting van aandelen is, naar het oordeel van de rechtbank, een vordering die naar haar aard niet (zonder meer) voor overdracht vatbaar is, zodat artikel 3: 83 lid 1 BW aan de cessie van een dergelijke overdracht in de weg staat. Een vordering tot volstorting is omkleed met diverse bepalingen van dwingend recht, die ter bescherming dienen van het kapitaal van de vennootschap en (uiteindelijk) van haar crediteuren. Een cessie van een dergelijke vordering aan een derde zou, in ieder geval wanneer de door de cessionaris te betalen tegenprestatie niet (minstens) gelijk is aan het door de aandeelhouder te storten bedrag, ertoe kunnen leiden dat het door de aandeelhouder te storten bedrag per saldo niet door de vennootschap ontvangen wordt. Dat is in strijd met de strekking van artikel
2: 191 lid 2 BW dat bepaalt dat een aandeelhouder niet kan worden ontheven van zijn verplichting tot volstorting en daarmee beoogt te waarborgen dat de vennootschap het met de verplichting tot volstorting gemoeide bedrag ook daadwerkelijk ontvangt.
3.4 De slotsom is dat een eventuele vordering tot volstorting niet is overgedragen aan AOB Compaz. Als [gedaagde] de aandelen in Tuner Nederland Holding destijds al niet heeft volgestort, heeft niet AOB Compaz maar Tuner Nederland Holding B.V. een vordering op hem. Tuner Nederland Holding B.V. is echter geen procespartij, zodat thans in het midden kan blijven of [gedaagde] de aandelen heeft volgestort.
de vordering van de gemeente Dronten
3.5 Compaz c.s. hebben gesteld dat [gedaagde] of aan AOB Compaz of aan Calder schadevergoeding dient te betalen in verband met de vordering van de gemeente Dronten. Het is de rechtbank uit de stellingen van Compaz c.s. niet duidelijk geworden wat de grondslag van een eventuele schadeplichtigheid van [gedaagde] jegens AOB Compaz zou moeten zijn. Gesteld noch gebleken is dat AOB Compaz door de gemeente Dronten aansprakelijk is gesteld of aansprakelijk gesteld zou kunnen worden voor de vordering die de gemeente Dronten op de stichting Compaz / Tuner RTTC meent te hebben. Bovendien is onduidelijk gebleven waarom [gedaagde] jegens AOB Compaz aansprakelijk zou zijn wanneer AOB Compaz wel geconfronteerd zou worden met een vordering van de gemeente Dronten. Dat [gedaagde] in dat geval een persoonlijk verwijt gemaakt kan worden door AOB Compaz, en zo ja wat dat verwijt dan inhoudt, heeft AOB Compaz niet gesteld. Voor zover de vordering is ingesteld door AOB Compaz dient ze dan ook te worden afgewezen.
3.6 Calder verwijt [gedaagde] dat hij haar bij de overdracht van de aandelen Tuner Nederland Holding B.V., begin november 2000, niet heeft geïnformeerd over de vordering van de gemeente Dronten op Tuner Nederland Holding b.v. Aldus heeft [gedaagde], volgens Calder, in strijd gehandeld met de op hem rustende, en in de akte betreffende de levering van aandelen ook vastgelegde, informatieplicht. Volgens haar was de heer [naam 1] er niet van op de hoogte dat de gemeente Dronten een vordering instelde tegen de stichting Compaz/ Tuner RTTC. De rechtbank overweegt dienaangaande als volgt.
3.7 Calder heeft haar stelling dat [gedaagde] zijn informatieverplichting heeft geschonden, tegenover de gemotiveerde betwisting door [gedaagde], onvoldoende gemotiveerd. Uit de in rechtsoverweging 1.8 aangehaalde brief van [gedaagde] van 18 december 2000 aan de raadsman van de gemeente volgt dat de heer [naam 1] van Calder en de accountant van Calder betrokken zijn geweest bij het verstrekken van de door de ADA gevraagde nadere informatie over de door de stichting Compaz/ Tuner RTTC voor de gemeente verrichte projecten. De stelling van Calder dat uit de brief slechts naar voren komt dat [naam 1] betrokken is geweest bij de uitvoering van die projecten, is, zeker zonder nadere (doch niet door Calder verstrekte) toelichting, gelet op de tekst van de brief waarin melding wordt gemaakt van herstelwerkzaamheden en het verstrekken van aanvullende informatie aan de ADA , niet overtuigend. Het moet er dan ook voor gehouden worden dat de heer [naam 1], die -naar onbetwist door [gedaagde] is gesteld- een spilfunctie bij Calder had, op de hoogte was van ontstane problemen tussen de stichting Compaz/ Tuner RTTC en de ADA. [gedaagde] hoefde Calder (en [naam 1]) dan ook niet meer van deze problemen op de hoogte te stellen.
Dat [gedaagde] vóór de datum van de aandelenoverdracht op de hoogte was van het feit dat de gemeente de stichting Compaz/ Tuner RTTC (en mogelijk ook Tuner Nederland Holding B.V.) aansprakelijk hield voor door de gemeente geleden schade vanwege de door de stichting uitgevoerde projecten, is gesteld noch gebleken. De brief van de advocaat van de gemeente aan de stichting waarin de stichting (overigens niet de vennootschap) aansprakelijk werd gesteld dateert van na de aandelenoverdracht.
3.8 Calder heeft het verweer van [gedaagde] dat zij veel te lang gewacht heeft met het ondernemen van actie vanwege de (vermeende) schending van deze informatieverplichting, welke verweer de rechtbank opvat als een beroep op artikel 7: 23 BW, niet (voldoende) gemotiveerd weerlegd. Als Calder al heeft willen weerspreken dat zij, zoals [gedaagde] gesteld heeft, eind 2000 op de hoogte was van de vordering van de gemeente Dronten, heeft zij dat onvoldoende gemotiveerd gedaan. Zij heeft niet gesteld wanneer zij wèl op de hoogte zou zijn geraakt van de vordering van de gemeente en wanneer zij [gedaagde] voor het eerst kennis heeft gegeven van het feit dat de gemeente Dronten een vordering meende te hebben en dat [gedaagde] tekort geschoten was in zijn informatieverplichting. Uit de overgelegde correspondentie tussen partijen volgt dat Calder [gedaagde] in elk geval niet voor het einde van diens dienstverband bij Tuner Nederland op het bestaan van de vordering van de gemeente heeft aangesproken.
3.9 Tenslotte heeft Calder ook onvoldoende duidelijk gemaakt dat, en zo ja hoeveel, schade zij heeft geleden door de vordering van de gemeente. Allereerst is onduidelijk gebleven of de gemeente een vordering meent te hebben op de stichting Compaz/ Tuner RTTC of (ook) op Tuner Nederland Holding B.V. Vervolgens is onduidelijk op grond waarvan Tuner Nederland Holding B.V. gehouden zou zijn schade aan de gemeente te vergoeden die het gevolg is van door de stichting Compac/ Tuner RTTC voor de gemeente verzorgde cursussen. Het enkele feit dat Tuner Nederland Holding B.V. i.o. destijds alle activa en passiva per 1 januari 2000 van de stichting heeft overgenomen betekent niet, en zeker niet zonder meer, dat ook een eventuele vordering van de gemeente Dronten op de stichting naar de vennootschap is overgegaan. Verder is onduidelijk of een eventuele vordering van de gemeente, als deze al in rechte aanhangig gemaakt wordt -hetgeen gezien het tijdsverloop maar de vraag is-, kansrijk is. Tenslotte heeft te gelden dat zelfs indien [gedaagde] de vordering van de gemeente verzwegen heeft en de gemeente deze vordering op Tuner Nederland Holding B.V. geldend zou weten te maken, Calder als aandeelhouder een schade lijdt die gelijk is aan het bedrag van de vordering van de gemeente. Dat ligt, anders dan Calder lijkt te veronderstellen, niet voor de hand nu de koopsom die Calder voor de aandelen heeft betaald, fl. 150.000,00, aanzienlijk lager is dan het bedrag dat de gemeente volgens Calder van Tuner Nederland Holding te vorderen heeft, EURO 182.000,00.
3.10 De slotsom is dat de vordering van Calder niet toewijsbaar is.
incassokosten en proceskosten
3.11 De hoofdvorderingen van Compaz c.c. zijn niet toewijsbaar. Alleen om die reden al dient de vordering betreffende de buitengerechtelijke kosten te worden afgewezen. Overigens hebben Compaz c.s. deze vordering niet op een deugdelijke wijze, middels een urenspecificatie en de opgave van een uurtarief, onderbouwd en hebben zij evenmin aannemelijk gemaakt dat hun raadsvrouwe daadwerkelijk tijd heeft besteed aan de zaak, anders dan ter instructie van de zaak.
Het conservatoire beslag is, voor zover het betreft de vorderingen die niet naar de sector kanton zijn verwezen, ten onrechte gelegd. De vordering tot vergoeding van de beslagkosten is dan ook niet toewijsbaar.
Compaz c.s. zijn geheel in het ongelijk gesteld. Om die reden zullen zij worden veroordeeld in de aan de zijde van [gedaagde] gevallen proceskosten. Bij de bepaling van de hoogte van de proceskostenveroordeling zal de rechtbank geen rekening houden met het deel van de vordering van Compaz c.s. dat, na de verwijzing, verder door de sector kanton zal worden behandeld. De rechtbank zal derhalve bij de vaststelling van het procureursalaris tarief VI hanteren.
De rechtbank wijst de vorderingen van Compaz c.s. af.
Compaz c.s. worden veroordeeld in de proceskosten. Deze kosten worden, voor zover tot op heden aan de zijde van [gedaagde] gevallen, bepaald op EURO 4.373,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. H. de Hek en is in het openbaar uitgesproken op woensdag 7 juli 2004, in tegenwoordigheid van de griffier.