ECLI:NL:RBUTR:2012:BZ4729

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
21 december 2012
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
16/656224-12
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Heropening van het onderzoek in een strafzaak wegens poging tot moord en mishandeling

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Utrecht, is op 21 december 2012 een tussenvonnis uitgesproken in de zaak tegen de verdachte, geboren op 1987, die wordt verdacht van poging tot moord en mishandeling van slachtoffer 2. Tijdens de zitting op 12 december 2012 zijn de officier van justitie en de verdediging aan het woord geweest. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is en dat zij bevoegd is om de zaak te behandelen. Echter, tijdens de beraadslaging is gebleken dat het onderzoek niet volledig is. Dit heeft geleid tot de beslissing om het onderzoek te heropenen en getuigen te horen, waaronder slachtoffer 2 en andere getuigen die in de woning aanwezig waren tijdens het voorval op 1 september 2012 in Amersfoort.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er tegenstrijdige verklaringen zijn afgelegd door de getuigen, wat de noodzaak voor aanvullend onderzoek onderstreept. Een van de getuigen heeft verklaard dat zij de verdachte niet heeft zien steken, wat in strijd is met eerdere verklaringen aan de politie. De rechtbank heeft daarom besloten dat de rechter-commissaris de genoemde getuigen moet horen om de waarheidsvinding te bevorderen. De zitting zal worden hervat op een nader te bepalen datum, waarbij de verdachte en zijn raadsvrouwe, mr. B. Molleman, zullen worden opgeroepen.

De rechtbank heeft in haar beslissing benadrukt dat het van belang is om de getuigen te horen om een volledig en eerlijk oordeel te kunnen vellen over de zaak. De stukken van het onderzoek zullen in handen van de rechter-commissaris worden gesteld, zodat deze de nodige stappen kan ondernemen om het onderzoek voort te zetten. De rechtbank heeft de zaak geschorst tot de volgende zitting, waarbij de voortgang van het onderzoek zal worden besproken.

Uitspraak

RECHTBANK UTRECHT
Sector strafrecht
parketnummer: 16/656224-12
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 21 december 2012
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [1987] te [geboorteplaats],
wonende te [adres], [woonplaats].
Raadsvrouwe: mr. B. Molleman, advocaat te Amersfoort.
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de terechtzitting van 12 december 2012, waarbij de officier van justitie en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Primair: op 1 september 2012 in Amersfoort heeft geprobeerd [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 2]) te doden, dan wel zwaar lichamelijk letsel toe te brengen door hem met een mes in zijn buik te steken.
Subsidiair: op 1 september 2012 in Amersfoort [slachtoffer 2] heeft mishandeld door hem met een mes in zijn buik te steken.
3 De voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
4 De onvolledigheid van het onderzoek ter terechtzitting
Na sluiting van het onderzoek is de rechtbank tijdens de beraadslaging gebleken dat het onderzoek in onderhavige zaak niet volledig is.
Ter terechtzitting heeft getuige [getuige] (hierna: [getuige]) verklaard dat [slachtoffer 2] niet door verdachte met het mes is gestoken. Deze verklaring van getuige [getuige] is strijdig met de verklaringen die zij eerder ten overstaan van de politie heeft afgelegd. Ten overstaan van de politie heeft zij immers verklaard dat zij verdachte zag steken naar [slachtoffer 2].
De reden voor de wisselende verklaringen zou erin gelegen zijn dat [getuige] kort na het voorval door [Getuige 2] (hierna: [Getuige 2]) zou zijn bedreigd. [Getuige 2] zou tegen [getuige] gezegd hebben dat als zij niet zou verklaren dat verdachte [slachtoffer 2] zou hebben gestoken, [slachtoffer 2] haar wat aan zou doen.
Tijdens het voorval waren meerdere personen in de woning aanwezig, die met elkaar strijdige verklaringen hebben afgelegd.
Gelet op bovenstaande acht de rechtbank het noodzakelijk dat de volgende getuigen door de rechter-commissaris gehoord zullen worden:
-[slachtoffer 2], geboren op [1990] te [geboorteplaats], wonende te [adres], [woonplaats];
- [getuige], geboren op [1992] te [geboorteplaats], wonende te [adres], [woonplaats];
- [Getuige 2], geboren op [1992] te [geboorteplaats] en [geboorteplaats], wonende te [adres], [woonplaats];
- [Getuige 3], geboren op [1989] te [geboorteplaats] in Suriname, woon- en verblijfplaats in Nederland onbekend;
- [Getuige 4], geboren op [1994] te [geboorteplaats], wonende te [adres], [woonplaats].
De rechtbank zal het onderzoek heropenen, vervolgens schorsen en de stukken in handen van de rechter-commissaris stellen opdat deze genoemd onderzoek doet uitvoeren.
Het onderzoek ter terechtzitting zal worden hervat op een nader te bepalen terechtzitting.
De rechtbank zal de stukken ter uitvoering van voormelde onderzoekshandelingen in handen van de rechter-commissaris stellen.
5 De beslissing
De rechtbank:
- heropent het onderzoek en schorst dit tot een nader te bepalen terechtzitting;
- beveelt dat het onderzoek ter terechtzitting op een nader te bepalen datum zal worden hervat;
- beveelt de oproeping van verdachte en diens raadsvrouwe mr. B. Molleman en slachtoffer [slachtoffer 2] tegen het tijdstip waarop het onderzoek ter terechtzitting zal worden hervat;
- stelt de stukken in handen van de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken opdat deze het hierboven omschreven onderzoek, te weten het horen van de genoemde 5 getuigen, uitvoert..
Dit vonnis is gewezen door mr. C.S.K. Fung Fen Chung, voorzitter, mr. J.R. Krol en mr. M.S. Koppert, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.P. Stapel, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 21 december 2012.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Primair
hij op of omstreeks 01 september 2012 te Amersfoort, althans in het
arrondissement Utrecht, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen
misdrijf om opzettelijk [slachtoffer 2] van het leven te beroven, althans
opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet met een
mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de borst/buik, althans het
lichaam, van die [slachtoffer 2] heeft gestoken, zijnde de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet voltooid;
art 302 Wetboek van Strafrecht
art 287 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
hij op of omstreeks 01 september 2012 te Amersfoort, althans in het
arrondissement Utrecht, opzettelijk mishandelend [slachtoffer 2] met een mes,
althans een scherp en/of puntig voorwerp in de buik/borst, althans het
lichaam, heeft gestoken, waardoor voornoemde [slachtoffer 2] letsel heeft bekomen en
/ of pijn heeft ondervonden;
art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht