ECLI:NL:RBUTR:2012:BY5320
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot tenuitvoerlegging van voorwaardelijke straf door rechtbank Utrecht
Op 26 november 2012 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in de zaak met parketnummer 16/655279-12, waarin de rechtbank de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke straf heeft afgewezen. De vordering was gebaseerd op een vonnis van de meervoudige strafkamer van 16 april 2012, waarbij aan de veroordeelde een gevangenisstraf van vier maanden was opgelegd, waarvan één maand voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De bijzondere voorwaarden omvatten onder andere meldplicht bij de reclassering en behandeling in een forensische (verslavings)polikliniek.
Tijdens de zitting op 12 november 2012 werd duidelijk dat de veroordeelde zich niet had gehouden aan de bijzondere voorwaarden, aangezien hij niet was verschenen op uitnodigingen van de reclassering. De officier van justitie verzocht om een gevangenisstraf van twee weken om te zetten in een werkstraf van 60 uur, met een verlenging van de proeftijd. De verdediging pleitte voor afwijzing van de vordering, stellende dat de veroordeelde niet op de hoogte was van de oproepingen en dat hij geen verdere problemen met justitie had gehad.
De rechtbank kon niet vaststellen of de oproepingen de veroordeelde hadden bereikt en oordeelde dat de veroordeelde een laatste kans verdiende om aan de voorwaarden te voldoen. De rechtbank benadrukte dat de veroordeelde actief contact moest opnemen met de reclassering en dat hij zich moest houden aan de opgelegde voorwaarden. Uiteindelijk werd de vordering van de officier van justitie afgewezen, en de rechtbank gaf de veroordeelde de kans om zijn gedrag te verbeteren.