ECLI:NL:RBUTR:2012:BY2993

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
6 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
16-711169-10
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaarschrift tegen kennisgeving van vervangende jeugddetentie

Op 6 november 2012 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een zaak betreffende een bezwaarschrift op grond van artikel 77p van het Wetboek van Strafrecht. De veroordeelde, geboren in 1994 en gedetineerd in de PI Utrecht, had bezwaar aangetekend tegen een kennisgeving van de tenuitvoerlegging van een vervangende jeugddetentie. Deze kennisgeving was op 18 juni 2012 aan de veroordeelde betekend. Het bezwaarschrift werd op 19 juni 2012 ingediend bij de rechtbank.

De rechtbank heeft het dossier bestudeerd, inclusief een vonnis van de kinderrechter van 23 december 2011, waarin aan de veroordeelde een taakstraf was opgelegd. De rechtbank heeft ook een brief van de Raad voor de Kinderbescherming in overweging genomen, waaruit bleek dat de veroordeelde niet was begonnen met de uitvoering van de werkstraf. Tijdens de zitting op 23 oktober 2012 zijn de officier van justitie, de veroordeelde en zijn raadsman, mr. E.H. Bokhorst, gehoord.

De rechtbank oordeelde dat het bezwaarschrift ongegrond was. De officier van justitie had tijdig de tenuitvoerlegging van de vervangende jeugddetentie bevolen. De rechtbank concludeerde dat er geen verwarring was over een hoger beroep in een andere zaak en dat de veroordeelde niet op het werk was verschenen, ondanks zijn verklaring dat hij wilde werken. De rechtbank heeft de beslissing genomen op basis van artikel 77p van het Wetboek van Strafrecht en verklaarde het bezwaarschrift ongegrond.

Uitspraak

RECHTBANK UTRECHT
Sector strafrecht
Parketnummer: 16/711169-10
Datum uitspraak: 6 november 2012
Beslissing van de rechtbank te Utrecht, meervoudige kamer voor strafzaken, naar aanleiding van het bezwaarschrift op grond van artikel 77p van het Wetboek van Strafrecht,
ingediend door:
[veroordeelde],
geboren te [geboorteplaats] op [1994],
wonende te [woonplaats],
gedetineerd in “PI Utrecht – HvB locatie Nieuwegein” te Nieuwegein.
hierna te noemen de veroordeelde.
De rechtbank heeft acht geslagen op de zich in het dossier bevindende stukken, waaronder:
- een afschrift van het vonnis van de kinderrechter in deze rechtbank van 23 december 2011, waarbij aan de veroordeelde een taakstraf is opgelegd, bestaande deze straf uit een werkstraf voor de duur van 17,5 uren subsidiair 8 dagen vervangende jeugddetentie met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht;
- een brief van de Raad voor de Kinderbescherming, d.d. 26 april 2012, waaruit blijkt dat de veroordeelde niet is aangevangen met de werkstraf.
Het onderzoek heeft plaats gevonden ter zitting van 23 oktober 2012, waarbij zijn gehoord:
de officier van justitie, de veroordeelde en de raadsman mr. E.H. Bokhorst.
OVERWEGINGEN:
De officier van justitie heeft tijdig de tenuitvoerlegging bevolen van de vervangende jeugddetentie voor de duur van acht dagen.
Op 18 juni 2012 is de kennisgeving als bedoeld in artikel 77p van het Wetboek van Strafrecht aan de veroordeelde betekend.
Het bezwaarschrift tegen deze kennisgeving is tijdig op 19 juni 2012 ingediend ter griffie van deze recht¬bank.
Op grond van het onderzoek ter zitting, alsmede gelet op de inhoud van voornoemde brief van de Raad voor de Kinderbescherming, dient het bezwaarschrift van de veroordeelde ongegrond te worden verklaard.
Anders dan in het bezwaarschrift van mr. De Korte staat was er geen sprake van verwarring in verband met een ingesteld hoger beroep in een andere zaak en evenmin is er sprake van onbereikbaarheid door onjuiste adresgegevens. Veroordeelde is bereikt, verklaarde te willen werken, maar is op het werk niet verschenen.
De rechtbank heeft gelet op artikel 77p van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING:
De rechtbank verklaart het bezwaarschrift van de veroordeelde tegen voormelde kennisgeving ongegrond.
Aldus gedaan door mrs. M.J. Veldhuijzen, M.J. Grapperhaus en P.P.C.M. Waarts, bijgestaan door mr. P. Groot-Smits als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van deze rechtbank van 6 november 2012.
Mr. Groot-Smits is buiten staat mede te ondertekenen.