ECLI:NL:RBUTR:2012:BY1955
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor diefstal in vereniging, diefstal door verbreking en opzetheling
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Utrecht op 30 oktober 2012 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van meerdere diefstallen en opzetheling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met een medeverdachte op 8 juli 2012 in Bunschoten een steigerlift en steigermateriaal heeft gestolen, waarbij zij gebruik maakten van een verbreking van een slot. Daarnaast heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan de diefstal van een aanhanger en opzetheling van een Ford Transit, waarvan hij wist dat deze door misdrijf verkregen was. De rechtbank heeft de verklaringen van de verdachte en de getuigen in overweging genomen en kwam tot de conclusie dat het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kon worden geacht. De verdediging voerde aan dat er geen bewijs was voor de wederrechtelijkheid van het handelen van de verdachte, maar de rechtbank verwierp dit standpunt. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 135 dagen, waarvan 58 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank legde ook bijzondere voorwaarden op, waaronder een meldingsgebod en opname in een verslavingskliniek. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en het recidiverisico van de verdachte, die al langdurig verslaafd was aan verdovende middelen. De uitspraak is gedaan in het kader van de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 27, 57, 310, 311 en 416 van het Wetboek van Strafrecht.