ECLI:NL:RBUTR:2012:BY0311
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Y.M.J.I. Baauw-de Bruijn
- J. Ebbens
- I.M. Vanwersch
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens vier woninginbraken
Op 7 augustus 2012 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van vier woninginbraken. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onduidelijkheid bestond over de exacte data van de inbraken, maar heeft desondanks de verdachte schuldig bevonden aan drie van de vier tenlastegelegde feiten. De verdachte heeft tijdens de zittingen verklaard dat hij betrokken was bij de inbraken als er sporen van hem waren aangetroffen. De rechtbank heeft de aangiften en de verklaringen van de verdachte in overweging genomen en kwam tot de conclusie dat de feiten wettig en overtuigend bewezen waren. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het vierde feit, omdat er onvoldoende bewijs was dat er bij die inbraak een fotocamera was weggenomen.
De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten en het strafblad van de verdachte, die eerder was veroordeeld voor vermogensdelicten. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 15 maanden geëist, waarvan 5 maanden voorwaardelijk. De rechtbank heeft deze eis grotendeels overgenomen en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden, met 5 maanden voorwaardelijk en een proeftijd van twee jaar. Daarnaast zijn er bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder deelname aan een reclasseringstraject en een CoVa-training. De rechtbank heeft ook een schadevergoedingsmaatregel opgelegd aan de verdachte ten behoeve van de benadeelde partij, die een schadevergoeding van € 2.236,91 vorderde. De rechtbank heeft deze vordering toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente.