ECLI:NL:RBUTR:2012:BX5365
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van de beleidsregel vergoeding dure medicijnen door de Nederlandse Zorgautoriteit
In deze zaak, die voor de Rechtbank Utrecht is behandeld, staat de rechtmatigheid van de beleidsregel vergoeding dure medicijnen van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) centraal. De eiseressen, een rechtspersoon uit Duitsland en een BV uit Haarlemmermeer, hebben de NZa aangeklaagd omdat zij van mening zijn dat de NZa onrechtmatig heeft gehandeld door een substitutiebepaling toe te passen in de vergoeding voor het middel Erbitux, dat wordt vergeleken met Vectibix. De rechtbank verwijst naar eerdere processtukken, waaronder een tussenvonnis van 30 november 2011, en stelt vast dat de NZa een vaste correctiefactor voor vier jaar heeft gehanteerd, wat volgens de rechtbank niet onrechtmatig is. De rechtbank overweegt dat de keuze voor een vaste correctiefactor noodzakelijk is om financiële onzekerheid voor ziekenhuizen en patiënten te voorkomen. De NZa heeft toegelicht dat deze fixatie voorkomt dat geneesmiddelen tussentijds van de lijst worden gehaald, wat zou leiden tot onduidelijkheid over vergoedingen.
De rechtbank concludeert dat de NZa in redelijkheid heeft kunnen besluiten om de correctiefactor voor Erbitux te hanteren. De vorderingen van de eiseressen worden afgewezen, en zij worden veroordeeld in de proceskosten. De rechtbank benadrukt dat de NZa beleids- en beoordelingsruimte heeft bij de toepassing van haar bevoegdheden, en dat de keuze voor een vaste correctiefactor niet onredelijk is, gezien de noodzaak voor stabiliteit in de uitvoering van de beleidsregel. De rechtbank wijst erop dat de NZa niet verplicht is om tussentijds herbeoordelingen uit te voeren, wat de continuïteit van de toegang tot dure geneesmiddelen ten goede komt.