ECLI:NL:RBUTR:2012:BX5085

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
8 augustus 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
16/072290-93
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met dwangverpleging na positieve behandelvoortgang

In de zaak van de terbeschikkinggestelde, die sinds 1995 in verschillende TBS-klinieken is behandeld, heeft de rechtbank op 8 augustus 2012 de terbeschikkingstelling met dwangverpleging met twee jaar verlengd. De terbeschikkinggestelde had in het verleden een dreigende en manipulatieve houding en kreeg in 2002 de longstay-status. Na een periode van behandeling en een positieve ontwikkeling in zijn toestand, werd de longstay-status opgeheven en werd hij opnieuw opgenomen in de Dr. S. van Mesdagkliniek. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde sinds februari 2012 vooruitgang heeft geboekt, mede door een medicatiewijziging. Er is afgesproken dat na twaalf weken van een schone periode een aanvraag voor begeleid verlof zal worden ingediend.

De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, toegewezen. De deskundigen hebben geadviseerd om de maatregel te verlengen, gezien de ernst van de delicten waarvoor de terbeschikkingstelling is opgelegd, en het risico op recidive zonder de huidige TBS-setting. De rechtbank heeft de positieve voortgang van de terbeschikkinggestelde in zijn behandeling erkend, maar benadrukt dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de maatregel vereist. De rechtbank heeft besloten dat een toetsing na één jaar niet realistisch is, gezien de lange duur van het traject dat nog voor de terbeschikkinggestelde ligt.

De beslissing om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, is genomen in het belang van de veiligheid van de samenleving en om de terbeschikkinggestelde de kans te geven om verder te werken aan zijn behandeling en resocialisatie.

Uitspraak

RECHTBANK UTRECHT
Parketnummer: 16/072290-93
Beslissing verlenging terbeschikkingstelling.
In de zaak van de officier van justitie onder het hierboven genoemde parketnummer tegen
[terbeschikkinggestelde], hierna ook te noemen: de terbeschikkinggestelde,
geboren op [1975] te [geboorteplaats],
verblijvende in het Forensisch Psychiatrisch Centrum Dr. S. van Mesdag te Groningen,
heeft de officier van justitie de verlenging van de terbeschikkingstelling gevorderd. Op deze vordering heeft de rechtbank de volgende beslissing gegeven.
1 De procedure
De procedure blijkt onder meer uit het volgende:
- het vonnis van deze rechtbank van 20 januari 1995, waarbij [terbeschikkinggestelde] onder meer ter beschikking is gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege voor diefstal met geweld, afpersing en bedreiging, welke terbeschikkingstelling is ingegaan op 26 juli 1995;
- de beslissing van deze rechtbank van 6 augustus 2010, waarbij de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege voor het laatst is verlengd met twee jaar;
- het rapport van het FPC Dr. S. van Mesdag, opgesteld door M.H.T. Kleefman (GZ-psycholoog en behandelcoördinator) en H.J. Beitema (psychiater en directeur behandelzaken en plv hoofd van de inrichting) d.d. 24 mei 2012;
- de wettelijke aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van [terbeschikkinggestelde] over de periode van 31 maart 2011 tot en met 27 maart 2012;
- het rapport van A.J. de Groot, psycholoog, d.d. 29 mei 2012;
- het rapport van W.J. Canton, psychiater, d.d. 20 mei 2012.
-de vordering van de officier van justitie d.d. 20 juni 2012, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling van [terbeschikkinggestelde] met twee jaar;
2 Het onderzoek ter terechtzitting
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting op 25 juli 2012 is de officier van justitie gehoord.
Tevens is de terbeschikkinggestelde gehoord, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. T.E. Wolfswinkel, advocaat te Alkmaar. Voorts is de deskundige M.H.T. Kleefman gehoord.
3 Het standpunt van de inrichting
De rechtbank heeft kennis genomen van de inhoud van het onder 1 genoemde rapport van het Forensisch Psychiatrisch Centrum Dr. S. van Mesdag – zakelijk weergegeven – inhoudende:
De terbeschikkinggestelde heeft zich in zijn jeugd ontwikkeld tot iemand met een ernstige persoonlijkheidsstoornis met antisociale, borderline en narcistische kenmerken. Tevens is er sprake van ernstige psychopathie en verslavingsproblematiek.
Sinds 1995 zijn in meerdere TBS-klinieken behandelpogingen ondernomen. Tijdens de verscheidene behandelpogingen stelde de terbeschikkinggestelde zich dreigend en manipulatief op en was hij erg gericht op zijn directe behoeftebevrediging. In 2002 heeft hij de longstay-status gekregen. In de loop van 2009 is, op verzoek van de terbeschikkinggestelde, onderzocht of en gebleken dat hij voldoende intrinsieke motivatie had om behandeld te worden. Na een verzoek daartoe en een goed verlopen proefperiode werd de longstay-status opgeheven en werd de terbeschikkinggestelde op 31 maart 2011 vanuit FPC Veldzicht wederom opgenomen in de Dr. S. van Mesdagkliniek. Sindsdien hebben zich meerdere keren, ook kort na zijn opname, wisselingen tussen de inzet voor behandeling en terug willen keren naar de longstay bij de terbeschikkinggestelde voorgedaan. De terbeschikkinggestelde kwam in een negatieve spiraal terecht en kreeg last van stemmen die opdracht gaven tot automutilatie of druggebruik. In februari 2012 is besloten een medicatiewijziging door te voeren. Sindsdien gaat het beter met hem en wordt enige vooruitgang gezien. Met de terbeschikkinggestelde is afgesproken dat, nadat hij twaalf weken schoon zou zijn, een aanvraag tot begeleid verlof verstuurd zal worden.
De deskundige M.H.T. Kleefman heeft het rapport en het advies toegelicht als volgt:
Indien er toestemming komt van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, zal in september/oktober 2012 aangevangen kunnen worden met begeleid verlof. Dit verlof zal in fases verlopen, waarbij, indien het traject naar tevredenheid verloopt, de begeleiding heel geleidelijk afgebouwd wordt. Er is thans sprake van de meest stabiele fase in de behandeling van de terbeschikkinggestelde tot nu toe. Dat geeft aan dat er, boven verwachting, toch vooruitgang te boeken is. Aan de andere kant blijft hij erg kwetsbaar en erg afhankelijk van structuur. Voorts heeft hij een stok achter de deur nodig om gemotiveerd te blijven. Daarom wordt stapsgewijs getoetst hoe een en ander zal verlopen: blijft hij stabiel, hoe gaat hij er mee om en blijft hij vrij van drugs. Indien het traject goed verloopt dan zal uiteindelijk onbegeleid verlof volgen. Dat is een traject dat enige jaren zal vergen. Als ook het onbegeleid verlof goed verloopt, dan zal op termijn, in een van de (uitstroom) voorzieningen van de kliniek, verdere resocialisatie en/of een vervolgvoorziening buiten de kliniek onderzocht worden. De verwachting is dat de terbeschikkinggestelde altijd afhankelijk zal blijven van een behoorlijk grote mate van externe controle/toezicht, ondersteuning en structuur in zijn omgeving.
Het recidiverisico is zonder de huidige TBS-setting hoog. Binnen de huidige TBS-setting lijken de risico’s te managen te zijn.
Gelet op het nog te volgen traject wordt geadviseerd om de TBS-maatregel met twee jaar te verlengen.
4 Het standpunt van de onafhankelijke deskundigen
A.J. de Groot, psycholoog en W.J. Canton, psychiater, hebben beiden geadviseerd om de terbeschikkingstelling met dwangverpleging te verlengen met twee jaar.
Kort gezegd leggen zij aan dit advies ten grondslag dat het ingezette traject nog minstens twee jaar in beslag zal nemen. W.J. Canton sluit zich aan bij de risicoprognose van de kliniek. A.J. de Groot acht het risico op herhaling binnen de huidige TBS-setting laag-matig, tijdens begeleid verlof matig en hoog zonder het huidige TBS-kader.
5 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft naar aanleiding van het verhandelde ter terechtzitting haar schriftelijk ingediende vordering strekkende tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar gehandhaafd.
6 Het standpunt van de raadsvrouw en de terbeschikkinggestelde
De raadsvrouw heeft gesteld dat de terbeschikkingstelling met dwangverpleging verlengd kan worden. De raadsvrouw heeft verzocht deze verlenging te beperken tot één jaar om zodoende een vinger aan de pols te houden voor wat betreft de voortgang van de maatregel Voorts heeft de terbeschikkinggestelde dan een doel dat dichterbij in de toekomst ligt en kan, bij een voorspoedig verloop, gekeken worden welk traject, anders dan de TBS-maatregel, mogelijk is voor de terbeschikkinggestelde.
7 De beoordeling
De indexdelicten, diefstal met geweld, afpersing en bedreiging, zijn delicten waarvoor geldt dat opgelegde TBS in beginsel niet gemaximeerd is.
Gelet op voormeld advies van de Dr. S. van Mesdagkliniek en de rapporten van de onafhankelijke deskundigen, alsmede gehoord hetgeen ter zitting naar voren is gebracht, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging eist.
Wat betreft de duur van de verlenging overweegt de rechtbank het volgende.
De terbeschikkinggesteldeheeft de afgelopen periode, mede door zijn eigen inzet, een goede vooruitgang geboekt. De rechtbank heeft voorts geconstateerd dat de periode van het door de kliniek uitgezette traject dat gericht is op resocialisatie enige jaren zal vergen. Nu het verlof van de terbeschikkinggestelde nog moet aanvangen, is er nog niets bekend over hetgeen het verkrijgen van meer vrijheden bij hem teweeg zal brengen. In alle redelijkheid is niet te verwachten dat zich binnen een jaar dusdanige veranderingen zullen voordoen en/of een dusdanige vooruitgang zal worden geboekt waardoor over één jaar opnieuw getoetst dient te worden.
Gelet op de positieve voortgang van het traject - dat volop in gang is gezet - en de wijze waarop de kliniek dit aanpakt, heeft de rechtbank er vertrouwen in dat de kliniek zo voortvarend als mogelijk is te werk zal gaan.
Er is dus geen reden om over één jaar een toetsing van de maatregel te laten plaatsvinden om zodoende een vinger aan de pols te houden.
De rechtbank ziet in dat de terbeschikkinggestelde een grote vooruitgang heeft geboekt. Zij juicht deze positieve vooruitgang ook in de toekomst toe.
De rechtbank begrijpt dat voor de terbeschikkinggestelde een toetsing na een jaar een nabijer doel is dan een toetsing over twee jaar, maar deze enkele omstandigheid is onvoldoende om de maatregel over één jaar weer te toetsen.
Ook hier vertrouwt de rechtbank op de kliniek om betrokkene met concrete en haalbare doelen te motiveren.
De rechtbank zal derhalve de terbeschikkingstelling met dwangverpleging verlengen met twee jaar.
8 De beslissing.
De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [terbeschikkinggestelde] met twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.J. Grapperhaus, voorzitter, mr. M.J. Veldhuijzen en mr. V. van Dam, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier G. van Engelenburg en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 8 augustus 2012.