ECLI:NL:RBUTR:2012:BX3875
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- P.P.C.M. Waarts
- P. Bender
- I.M. Vanwersch
- Rechtspraak.nl
Bedreiging met zware mishandeling door het plaatsen van boobytraps in een schoolgebouw
In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 2 augustus 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van bedreiging met zware mishandeling. De verdachte had op verschillende plaatsen in een verlaten schoolgebouw boobytraps geplaatst, met de bedoeling een schrikreactie te veroorzaken bij iedereen die het pand betrad. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de standpunten van de verdediging. De verdachte heeft verklaard dat hij de objecten had geplaatst om een schrikreactie te veroorzaken, maar niet om daadwerkelijk letsel toe te brengen.
De rechtbank heeft de verklaringen van getuigen in overweging genomen, die bevestigden dat de verdachte gevaarlijke situaties had gecreëerd door stenen en een verwarmingsbuis te plaatsen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan bedreiging met zware mishandeling, omdat de slachtoffers het gevoel hadden dat zij door de vallende objecten ernstig letsel konden oplopen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het primair tenlastegelegde, omdat niet bewezen kon worden dat hij opzet had om de politieagenten te mishandelen.
Bij de strafoplegging heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het feit en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De rechtbank heeft besloten om de verdachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van drie maanden. Tevens werd de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf toegewezen, omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig had gemaakt aan een nieuw strafbaar feit. De rechtbank heeft bepaald dat de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, in mindering wordt gebracht op de opgelegde gevangenisstraf.