ECLI:NL:RBUTR:2012:BW9455
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- N.E.M. Kranenbroek
- C.A.M. van Straalen
- M.S. Koppert
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van aanwezigheid van hennep en hasj in woning van verdachte
In de strafzaak tegen de verdachte, die op 20 juni 2012 door de Rechtbank Utrecht werd behandeld, stond de vraag centraal of de verdachte opzettelijk hennep en hasj aanwezig had in de woning van zijn vader. De woning, gelegen aan [adres] te [woonplaats], werd door de vader van de verdachte gehuurd. Tijdens een doorzoeking in de woning werd een hennepdrogerij aangetroffen, evenals een bruine substantie die mogelijk hasj was. De rechtbank overwoog dat de MMC-test, die een positieve kleurreactie op de bruine substantie had aangetoond, niet voldoende bewijs bood om te concluderen dat het daadwerkelijk om hasj ging, aangezien er geen ondersteunend bewijs in het dossier aanwezig was. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van het bezit van hasj.
Daarnaast werd er gekeken naar de henneptoppen die in de woning waren aangetroffen. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte op de hoogte was van de hennepdrogerij of dat hij enige bijdrage had geleverd aan de activiteiten die daar plaatsvonden. De rechtbank stelde vast dat er geen nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en zijn vader was, en dat de verdachte niet opzettelijk henneptoppen aanwezig had. Gezien deze overwegingen besloot de rechtbank de verdachte vrij te spreken van zowel het opzettelijk aanwezig hebben van henneptoppen als van het medeplegen van deze handelingen. De overige verweren van de verdediging konden onbesproken blijven, nu het verweer van vrijspraak al slaagde.
De uitspraak werd gedaan door de meervoudige kamer van de Rechtbank Utrecht, onder leiding van voorzitter mr. N.E.M. Kranenbroek, en de rechters mr. C.A.M. van Straalen en mr. M.S. Koppert, in aanwezigheid van griffier mr. R. Willemsen. De zitting vond plaats op 20 juni 2012, en de uitspraak werd gedaan in het openbaar.