Bewijsmiddelen
Op 7 september 2011 heeft [slachtoffer] aangifte gedaan van een gewapende overval op haar woning te Wijk bij Duurstede, die op die datum heeft plaatsgevonden. Aangeefster verliet om 9:55 uur de woning om even iets weg te brengen. Toen zij na circa 20 minuten terugkwam in de woning, zag zij troep van een eierdoos vlak bij de voordeur liggen. Zij ruimde die troep op, draaide zich om en zag toen een persoon (dader 1) van de trap af komen. Aangeefster zag dat dader 1 zijn gezicht bedekt had. Deze dader 1 had een trui aan die hij, volgens aangeefster, achterstevoren had aangetrokken waarbij de capuchon over het gezicht zat. In die capuchon waren gaten gemaakt. Aangeefster zag een pistool in de rechterhand van dader 1. Aangeefster voelde dat dader 1 haar beet pakte bij haar arm en zag dat het pistool ter hoogte van en tegen haar hoofd werd gehouden. Aangeefster zag ondertussen een tweede persoon (dader 2) van de trap afkomen. Het gezicht van dader 2 was bedekt. Dader 2 pakte de andere arm van aangeefster beet. Aangeefster voelde dat haar hoofd naar beneden werd gedrukt en hoorde één van de daders zeggen: “Naar beneden, laag”. Aangeefster hoorde één van de daders zeggen: “Waar is de kluis”, hetgeen daarna nog een aantal keren werd gevraagd. Aangeefster begon zich te bewegen in de richting van de keuken waar een voorraadkast/inloopkast is waar de kluis in staat. Terwijl aangeefster zich voorwaarts bewoog, bleven beide daders aangeefster hard vast houden aan haar armen. Toen aangeefster bij de voorraadkast kwam en de deur openmaakte, werd aangeefster nog steeds vastgehouden aan haar bovenarmen/schouders. Aangeefster hoorde één van de daders zeggen: “Open maken” of “Maak open”. Aangeefster maakte de kluis open door de code in te toetsen. Terwijl aangeefster de kluis open maakte bleef het pistool op aangeefster gericht. Onderin de kluis lag geld. Aangeefster heeft het geld direct uit de kluis genomen, waarna het geld direct uit haar handen werd gepakt. Aan aangeefster werd gevraagd: “Waar is de rest?”, waarop aangeefster zei: “Dat is alles. Doe me niks.”
Het hoofd van aangeefster werd naar beneden gedrukt, en zodanig naar beneden gedrukt dat zij in de hoek terecht kwam en moest gaan zitten. Toen aangeefster probeerde omhoog te kijken, werd haar hoofd direct weer naar beneden gedrukt. Aangeefster werd daarna gekneveld. Er werd tape om haar polsen gedraaid. Het tapen gebeurde hard en deed aangeefster pijn. Ook de bovenbenen van aangeefster werden met tape vastgemaakt en de armen van aangeefster werden met tape aan haar bovenbenen vastgemaakt. Aangeefster zag dat de deur van de voorraadkast werd dichtgedaan. Aangeefster heeft zichzelf bevrijd, door met haar tanden de tape los te krijgen en verder de tape van haar bovenbenen te verwijderen.
Door de daders zijn de volgende goederen meegenomen: een bedrag van € 1.250,-, een autosleutel, sieraden, een spiegelreflexcamera, een soundsysteem, een Xbox, een laptop, een paspoort, een groene tas, een laptop en microfoons.
Met uitzondering van het geldbedrag en de autosleutel, zijn alle goederen in de omgeving van de woning van aangeefster teruggevonden.
Bij het doorlopen van haar woning zag aangeefster op haar bed een sleutel van de voordeur liggen, die er ’s ochtends nog niet had gelegen. Aangeefster dacht toen direct aan de sleutel van haar dochter, die haar sleutel sedert ongeveer twee weken kwijt was.
Getuige [getuige 1] heeft verklaard dat hij op 7 september 2011 omstreeks 10:15 uur op een voetpad nabij [adres] te Wijk bij Duurstede liep. Op een afstand van vijf tot tien meter zag getuige op het voetpad een tweetal mannen staan. Getuige zag dat de langste van die twee mannen een voorwerp van zich afwierp. Kennelijk, aldus getuige, zagen de twee mannen getuige naderen. Getuige zag namelijk dat beide mannen hard wegrenden in de richting van [adres] te Wijk bij Duurstede. Vervolgens zag getuige de mannen in een kleine oud model Peugeot stappen en wegrijden. De kleinere man heeft een geschatte lengte van 1.70 m. De grotere man een geschatte lengte van 1.80 m.
Getuige [getuige 2] heeft verklaard dat zij woonachtig is op [adres] te Wijk bij Duurstede, dat zij op 7 september 2011 omstreeks 14:00 uur haar hond ging uitlaten en naar het wandelpad is gelopen. Op enig moment begon de hond van getuige te blaffen en te grommen naar de struiken. Getuige is gaan kijken en trof in de struiken 2 tassen aan. Beide tassen zijn veiliggesteld.
Éen van de aangetroffen tassen, een groen/grijze tas, is getoond aan aangeefster. Zij herkende de tas, als zijnde de tas van haar zoon, en de inhoud van de tas, te weten een witte Xbox, een paspoort en twee laptops. De inhoud van de andere tas, bestaande uit een fotocamera, sieraden en microfoons, werd ook door aangeefster herkend.
Achter de tuin van de overvallen woning zijn nog een sweatvest, een zwarte bivakmuts en een mediaplayer aangetroffen. Deze mediaplayer werd eveneens door aangeefster herkend.
Op een door getuige [getuige 1] aangewezen plek bij het voetpad bij [adres], waar getuige de langste man een voorwerp zag afwerpen, is onder meer een rode sweater aangetroffen waarvan in de capuchon 2 gaten waren geknipt.