ECLI:NL:RBUTR:2012:BW0980
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.P. Killian
- E.A. Messer
- P.W.G. de Beer
- Rechtspraak.nl
Vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel in verband met hennepkwekerij
Op 27 maart 2012 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een ontnemingszaak met parketnummer 16/440354-11. De zaak betreft de vordering van de officier van justitie tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel van € 305.000,-, gerelateerd aan een hennepkwekerij. Tijdens de zitting op 13 maart 2012 zijn de verdachte, de officier van justitie en de raadsman gehoord. De raadsman heeft zich aangesloten bij het standpunt van de officier van justitie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel, zoals neergelegd in het proces-verbaal, enkel betrekking heeft op de hennepkwekerij aan een specifiek adres. Aangezien de verdachte in de hoofdzaak, waarover op 27 maart 2012 uitspraak is gedaan, is vrijgesproken van dit deel van de tenlastelegging, heeft de rechtbank de vordering tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel afgewezen. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier. De rechtbank heeft in haar beoordeling de relevante stukken uit de procedure in acht genomen, waaronder de vordering en het strafdossier.