[verdachte]
geboren op [1970] te [geboorteplaats]
wonende te [woonplaats]
Gedetineerd PI Utrecht, HvB locatie Nieuwegein
raadsman mr. J.J.D. van Doleweerd, advocaat te Amersfoort
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de terechtzitting van 23 januari 2012, waarbij de officier van justitie en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
1. ( primair) opzettelijk en met voorbedachten rade heeft geprobeerd zijn echtgenote [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen dan wel (subsidiair) zijn echtgenote [slachtoffer] opzettelijk en met voorbedachten rade heeft mishandeld.
2. opzettelijk een politieauto heeft vernield dan wel beschadigd.
3 De voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
4 De beoordeling van het bewijs
4.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder 1 primair tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen, gelet op de door [slachtoffer] in 2010 en 2011 bij de politie afgelegde verklaringen, ondersteund door de door de politie in 2010 van haar letsel gemaakte foto’s, de door haar broer [broer slachtoffer] afgelegde verklaring en de op de computer van verdachte aangetroffen bestanden. Het onder 2 tenlastegelegde feit acht de officier van justitie gelet op de in het dossier aanwezige bewijsmiddelen eveneens wettig en overtuigend bewezen.
4.2 Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht verdachte van beide feiten vrij te spreken wegens gebrek aan wettig en overtuigend bewijs. Met betrekking tot het eerste ten laste gelegde feit heeft de verdediging betoogd dat verdachte ontkent zich aan het ten laste gelegde schuldig te hebben gemaakt en de tenlastelegging uitsluitend is gebaseerd op de verklaring van aangeefster. De overige getuigen verklaren niet uit eigen waarneming, maar verklaren alleen wat zij van aangeefster hebben gehoord. Bovendien zijn de verklaringen die aangeefster bij de politie heeft afgelegd niet consistent. Haar verklaringen uit 2010 en 2011 over dezelfde gebeurtenissen komen niet overeen. Zo verklaart ze verschillend over hoe vaak verdachte haar keel zou hebben dichtgeknepen en over de aanleidingen van beweerdelijke ruzies. Het letsel op de in 2010 door de politie van aangeefster gemaakte foto’s komt niet overeen met de door haar over de mishandelingen afgelegde verklaringen.
Met betrekking tot het tweede ten laste gelegde feit heeft de verdediging betoogd dat uit de bewijsmiddelen niet volgt dat verdachte een deurstijl van een politieauto zou hebben ontwricht dan wel verbogen. In het proces-verbaal van bevindingen is vermeld dat een deursponning vernield zou zijn. De beschreven gedragingen van verdachte kunnen ook niet hebben geleid tot het ontwrichten/ verbuigen van een deurstijl.
4.3 Het oordeel van de rechtbank