ECLI:NL:RBUTR:2012:1415
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bodemprocedure over standplaatsvergunning en schadevergoeding na onrechtmatig besluit
In deze zaak heeft eiser, handelend onder de naam [bedrijfsnaam], een aanvraag ingediend voor een standplaatsvergunning om op woensdagen in 2010 autoruiten te repareren op het Burgemeester Haitsmaplein in Mijdrecht. De gemeente, verweerder, heeft deze vergunning geweigerd omdat er al een vergunning was verleend aan een concurrent. Eiser heeft vervolgens bezwaar gemaakt en uiteindelijk een vergunning gekregen, maar pas op 14 april 2010. Eiser heeft een zelfstandig schadeverzoek ingediend, waarin hij vergoeding van netto winstderving eiste, omdat hij meende dat hij door de onrechtmatige weigering van de vergunning omzet had misgelopen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de onrechtmatigheid van het besluit van 30 november 2009 vaststaat, maar dat eiser niet voldoende bewijs heeft geleverd om zijn schade te onderbouwen. De rechtbank oordeelt dat het aan eiser is om de schade en de hoogte daarvan aannemelijk te maken. Eiser heeft weliswaar facturen overgelegd, maar deze waren niet representatief voor de situatie in 2010. De rechtbank concludeert dat eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de door hem gestelde schade en dat verweerder het schadeverzoek terecht heeft afgewezen.
De rechtbank heeft ook de eisvermeerdering in beroep tot € 58.176,- en wettelijke rente buiten beschouwing gelaten, omdat dit niet in het bestreden besluit was opgenomen. Eiser heeft verder bezwaar gemaakt tegen de vergoeding van proceskosten, maar ook dit werd door de rechtbank ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en de beslissing van verweerder bevestigd.