ECLI:NL:RBUTR:2011:BU7401
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. Bender
- G. Perrick
- R.G.A. Beaujean
- Rechtspraak.nl
Hennepkwekerij in woning met verdachte onwetendheid
Op 11 maart 2011 heeft de politie een woning in Utrecht doorzocht en een hennepkwekerij aangetroffen met 450 hennepplanten. De kwekerij was al geruime tijd in werking, wat bleek uit de staat van de apparatuur en de getuigenissen van buren die al een jaar een hennepgeur hadden geroken. De verdachte, die samen met haar partner en kind in de woning woonde, verklaarde dat zij niet op de hoogte was van de hennepkwekerij, die al aanwezig was toen zij de woning betrok. De rechtbank oordeelde echter dat het niet aannemelijk was dat de verdachte niet wist dat het om hennepplanten ging, gezien de herkenbare geur en het uiterlijk van de planten. De rechtbank concludeerde dat de verdachte voorwaardelijk opzet had op het medeplegen van het kweken van hennep.
De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte samen met haar partner gedurende zeven maanden hennep had gekweekt, wat een strafbaar feit is dat schade toebrengt aan de maatschappij. De officier van justitie eiste een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van zes weken, maar de rechtbank besloot tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes weken met een proeftijd van twee jaar, mede vanwege de ondergeschikte rol van de verdachte en haar zorg voor twee jonge kinderen. Daarnaast werd een werkstraf van 40 uur opgelegd, met vervangende hechtenis van 20 dagen indien deze niet naar behoren werd verricht. Dit vonnis werd uitgesproken op 9 november 2011 door de meervoudige kamer van de Rechtbank Utrecht.