ECLI:NL:RBUTR:2011:BU3808
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopig getuigenverhoor en beroep op verschoningsrecht van advocaat
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Utrecht op 27 oktober 2011, betreft het een voorlopig getuigenverhoor waarin de voormalige advocaat van de verweerder, mr. [partij in het incident], is opgeroepen als getuige. Tijdens het verhoor beroept hij zich op zijn verschoningsrecht, zoals vastgelegd in artikel 165 lid 2 sub b van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De rechter-commissaris heeft de zaak beoordeeld en de advocaat heeft zijn beroep op het verschoningsrecht gedaan met betrekking tot verschillende vragen die door de advocaat van de verzoekers, mr. C.L. Berkel, zijn gesteld. De rechter-commissaris heeft de advocaat in staat gesteld om zijn beroep op het verschoningsrecht te onderbouwen, waarbij hij verwijst naar eerdere jurisprudentie en de gedragsregels voor advocaten.
De rechter-commissaris heeft geoordeeld dat het maatschappelijk belang van geheimhouding in dit geval zwaarder weegt dan het belang van waarheidsvinding. Dit betekent dat de advocaat niet verplicht is om te getuigen over vertrouwelijke informatie die hij in zijn hoedanigheid als advocaat heeft ontvangen. De rechter-commissaris heeft het beroep op het verschoningsrecht voor een aantal vragen gehonoreerd, maar heeft de advocaat wel opgedragen om te antwoorden op de vraag van wie hij de instructie had ontvangen om de procedure door te halen. Dit besluit is genomen met inachtneming van de relevante gedragsregels en de omstandigheden van de zaak.
De beschikking is openbaar uitgesproken en er staat hoger beroep open tegen deze beslissing. De rechter-commissaris heeft de griffier opgedragen om een afschrift van de beschikking te sturen aan de betrokken partijen, waaronder de verzoekers en de verweerder.