ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1954
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- N.E.M. Kranenbroek
- R.P. den Otter
- R.P.G.L.M. Verbunt
- Rechtspraak.nl
Auto-inbraak in Amersfoort met wettig en overtuigend bewijs tegen verdachte
Op 19 september 2011 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met een medeverdachte betrokken was bij een auto-inbraak in Amersfoort. De zaak kwam aan het licht na een melding van een auto-inbraak omstreeks 3.57 uur. Verbalisant [verbalisant 1] zag twee mannen de rijksweg A1 oversteken en vond later een sporttas met inbrekersgereedschap in de nabijheid. De verdachte en medeverdachte werden kort daarna in de bossage aangetroffen, waarbij de medeverdachte natte schoenen en een natte broekspijp had, wat duidde op hun recente aanwezigheid in de omgeving.
De rechtbank oordeelde dat er voldoende wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte en medeverdachte de auto-inbraak hadden gepleegd. De verklaringen van de aangever en zijn partner, die de mannen hadden zien wegrennen, werden als betrouwbaar beschouwd. De rechtbank verwierp de verdediging van de verdachte, die stelde dat het aantreffen van de tas niet voldoende bewijs was voor hun betrokkenheid. De rechtbank concludeerde dat de verdachte en medeverdachte op basis van de verzamelde feiten en omstandigheden wettig en overtuigend schuldig waren aan de diefstal.
De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 46 dagen, rekening houdend met de tijd die de verdachte al in voorarrest had doorgebracht. De rechtbank sprak de verdachte vrij van andere tenlastegelegde feiten, maar achtte de gevangenisstraf noodzakelijk gezien de ernst van het delict en de gevolgen voor het slachtoffer. De uitspraak benadrukte de impact van dergelijke misdrijven op de slachtoffers, die vaak meer schade ondervinden dan alleen de waarde van de gestolen goederen.