ECLI:NL:RBUTR:2011:BS1555
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vliegreis; vergoeding bij annulering van vlucht en buitengewone omstandigheden
In deze zaak heeft China Airlines verzet aangetekend tegen een verstekvonnis van 25 augustus 2010, waarbij zij was veroordeeld tot betaling van € 778,50 aan [geopposeerde] wegens de annulering van vlucht CI 066 op 31 december 2009. De kantonrechter heeft de zaak behandeld en de argumenten van beide partijen gehoord. China Airlines heeft aangevoerd dat de annulering het gevolg was van een Foreign Object Damage (FOD) aan de motor van het vliegtuig, wat een buitengewone omstandigheid zou zijn die de luchtvaartmaatschappij niet kon voorkomen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat China Airlines voldoende heeft aangetoond dat de schade aan de motor niet te voorkomen was en dat de annulering van de vlucht gerechtvaardigd was onder de omstandigheden.
De rechter heeft de vordering van [geopposeerde] afgewezen en het verstekvonnis vernietigd. De kantonrechter oordeelde dat de annulering van de vlucht niet onder de aansprakelijkheid van China Airlines viel, omdat het een externe gebeurtenis betrof die niet inherent was aan de normale bedrijfsvoering van de luchtvaartmaatschappij. De rechter heeft [geopposeerde] veroordeeld in de proceskosten, met uitzondering van de explootkosten, en heeft de kosten aan de zijde van China Airlines begroot op € 200,00 aan salaris voor de gemachtigde.
Dit vonnis is uitgesproken in het openbaar op 24 augustus 2011 door mr. H.A.M. Pinckaers, kantonrechter, en is van belang voor de interpretatie van de regels omtrent compensatie bij vluchtannuleringen, vooral in het licht van buitengewone omstandigheden zoals technische defecten die niet te voorkomen zijn.