ECLI:NL:RBUTR:2011:BR6819

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
16 augustus 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
16/600798-10
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging van bijzondere voorwaarden na voorwaardelijke veroordeling in strafzaak

In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 16 augustus 2011 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een veroordeelde, die eerder was veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk. De rechtbank heeft de verzoeken van de officier van justitie om de bijzondere voorwaarden van de voorwaardelijke veroordeling te wijzigen, in het licht van de niet-naleving van deze voorwaarden door de veroordeelde, behandeld. De veroordeelde had zich niet gehouden aan de opgelegde voorwaarden, waaronder het zich melden bij de Reclassering Centrum Maliebaan en het ondergaan van een behandeling in de Piet Roorda-kliniek. De rechtbank heeft geconstateerd dat er een hoge kans op herhaling is en dat de veroordeelde een intensieve en langdurige klinische behandeling nodig heeft. De officier van justitie heeft daarom gevorderd om de bijzondere voorwaarden te wijzigen conform het advies van het NIFP, wat de rechtbank heeft overgenomen. De rechtbank heeft besloten dat de veroordeelde zich tijdens de proeftijd moet houden aan de voorschriften van de Reclassering Centrum Maliebaan, inclusief een mogelijke plaatsing in de forensische verslavingskliniek. De beslissing is genomen na een zitting waarin de officier van justitie, de veroordeelde, zijn raadsman en een reclasseringswerker aanwezig waren. De rechtbank heeft de gewijzigde voorwaarden vastgesteld en benadrukt dat deze noodzakelijk zijn voor de behandeling en resocialisatie van de veroordeelde.

Uitspraak

RECHTBANK UTRECHT
Sector strafrecht
Parketnummer: 16/600798-10
Datum uitspraak: 16 augustus 2011
Beslissing na voorwaardelijke veroordeling
In de zaak van de officier van justitie onder het hierboven genoemde parketnummer tegen de veroordeelde:
[veroordeelde],
geboren te [geboorteplaats]op [1982],
wonende te [woonplaats], [adres],
heeft de officier van justitie op 15 juli 2011 de tenuitvoerlegging gevorderd van het aan veroordeelde opgelegde voorwaardelijke strafdeel van het onherroepelijk geworden vonnis van de meervoudige kamer in deze rechtbank van 30 november 2010. Ter terechtzitting van 16 augustus 2011 heeft de officier van justitie haar vordering bijgesteld op de wijze zoals hierna toegelicht. Op deze vordering heeft de rechtbank de volgende beslissing gegeven.
De rechtbank heeft acht geslagen op de zich in het dossier van de veroordeelde bevindende stukken, waaronder:
- een afschrift van voormeld vonnis, waarbij de veroordeelde onder meer is veroordeeld tot -kort gezegd - een gevangenisstraf van 15 maanden, met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren en de bijzondere voorwaarden:
* dat veroordeelde zich tijdens de proeftijd moet gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen die worden gegeven door of namens de Reclassering Centrum Maliebaan, zolang deze instelling dat noodzakelijk acht, ook als dit inhoudt een behandeling bij of opname in de Piet Roorda-kliniek gedurende een maximale periode van één jaar;
* dat veroordeelde zich binnen 3 dagen volgend op zijn ontslag uit de penitentiaire inrichting, of 3 dagen na het onherroepelijk worden van dit vonnis, dient te melden bij de Reclassering Centrum Maliebaan, adres: Tolsteegsingel 2A te Utrecht;
* draagt voornoemde reclasseringsinstelling op om aan veroordeelde hulp en steun te verlenen bij de naleving van genoemde voorwaarden;
* dat veroordeelde geen contact heeft, op welke manier dan ook, met mevrouw [X], geboren [1970] te [woonplaats]voor de duur van een jaar.
- een kennisgeving als bedoeld in artikel 366a, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering;
- een brief van de Reclassering Centrum Maliebaan, unit 1, d.d. 17 juni 2011, waaruit blijkt dat de veroordeelde voormelde bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- een brief van de Piet Roorda-kliniek d.d. 6 juli 2011, waaruit blijkt dat de behandeling van veroordeelde op 9 juni 2011 is afgebroken;
- een rapport van het NIFP d.d. 21 juli 2011, waarin een advies indicatiestelling is afgegeven voor plaatsing en behandeling in de forensische verslavingskliniek van Centrum Maliebaan te Almere, die is gesitueerd binnen de FPC Oostvaarders Almere buiten Oost.
Het onderzoek heeft plaats gevonden ter zitting van 16 augustus 2011, waarbij zijn gehoord de officier van justitie, de veroordeelde en zijn raadsman mr. J.P.M. Denissen, alsmede mevrouw M. van Elst, reclasseringswerker bij Centrum Maliebaan.
OVERWEGINGEN:
In voornoemd rapport van het NIFP is overwogen dat, mede op grond van de bevindingen en het beloop van de behandeling bij Piet Roorda, voor veroordeelde onverminderd
een gestructureerde klinische behandeling nodig is binnen de verslavingszorg op het beveiligingsniveau van een Forensisch Psychiatrische kliniek/afdeling.
Veroordeelde heeft, vanwege het hoge herhalingsrisico, een intensieve en langdurige klinische behandeling nodig. Deze behandeling zal gericht zijn op aanvullend diagnostisch onderzoek, de verslavingsproblematiek, zijn dagelijks functioneren, de agressie problematiek en een delict preventie programma.
Een eventueel geslaagd klinisch eerste deel van de behandeling, zal gevolgd moeten worden door een (ambulant) resocialiseringstraject met een lange periode van begeleiding en toezicht door de reclassering.
Ter terechtzitting heeft de reclasseringswerker M. van Elst aangegeven dat veroordeelde tussen half september 2011 en 1 oktober 2011 kan worden geplaatst bij FPC de Oostvaarders. Tot die tijd zal het toezicht op veroordeelde door Centrum Maliebaan doorlopen, wat in de praktijk betekent dat er wekelijks een gesprek met veroordeelde plaatsvindt en twee maal per week een urinecontrole.
Veroordeelde heeft tijdens de zitting verteld geheel achter een behandeling te staan. De intake bij FPC de Oostvaarders is goed verlopen. Hij mag komen.
De officier van justitie heeft ter terechtzitting aangegeven dat zij zich kan vinden in het door het NIFP afgegeven advies. Zij vordert daarom in plaats van de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf een wijziging van de bijzondere voorwaarde conform het advies van het NIFP.
De verdediging heeft zich geconformeerd aan het standpunt van de officier van justitie.
Op grond van het onderzoek ter zitting, alsmede gelet op de inhoud van voormeld rapport van het NIFP acht de rechtbank termen aanwezig de bijzondere voorwaarden te wijzigen, met dien verstande dat de bijzondere voorwaarde zoals gesteld in het vonnis van 30 november 2010, inhoudende:
* dat veroordeelde zich tijdens de proeftijd moet gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen die worden gegeven door of namens de Reclassering Centrum Maliebaan, zolang deze instelling dat noodzakelijk acht, ook als dit inhoudt een behandeling
bij of opname in de Piet Roorda-kliniek gedurende een maximale periode van één jaar;
wordt gewijzigd in de bijzondere voorwaarde:
* dat veroordeelde zich tijdens de proeftijd moet gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen die worden gegeven door of namens de Reclassering Centrum Maliebaan, zolang deze instelling dat noodzakelijk acht, ook als dit inhoudt een plaatsing en behandeling in de forensische verslavingskliniek (FVK) van Centrum Maliebaan, gesitueerd binnen FPC de Oostvaarderskliniek te Almere, gedurende een maximale periode van één jaar.
De rechtbank heeft gelet op artikel 14f, 14h, 14i en 14j van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING:
De rechtbank:
Wijzigt de bijzondere voorwaarde, vastgesteld in voormeld vonnis als volgt:
dat veroordeelde zich tijdens de proeftijd moet gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen die worden gegeven door of namens de Reclassering Centrum Maliebaan, zolang deze instelling dat noodzakelijk acht, ook als dit inhoudt een plaatsing en behandeling in de forensische verslavingskliniek (FVK) van Centrum Maliebaan, gesitueerd binnen FPC de Oostvaarders te Almere, gedurende een maximale periode van één jaar.
Deze beslissing is gegeven door mrs. P.W.G. de Beer, M.J. Grapperhaus en M.C. Oostendorp, bijgestaan door A. Heijboer als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van deze rechtbank van 16 augustus 2011.