ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ9821
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van openstaande facturen en buitengerechtelijke incassokosten in consumentenrechtelijke context
In deze zaak vorderde Direct Pay Services B.V. (hierna: Direct Pay) betaling van openstaande facturen van de gedaagde partij, die in persoon procedeerde. De vordering betrof een totaalbedrag van € 63,60 aan openstaande facturen, € 1,61 aan rente, en € 37,00 aan buitengerechtelijke incassokosten, met wettelijke rente over een deel van het bedrag. De vordering was gebaseerd op een overeenkomst tussen de gedaagde en Natuals B.V. (hierna: Natuals) voor de levering van vitaminepillen, die door Natuals aan Direct Pay was gecedeerd.
De kantonrechter verwees naar een eerder tussenvonnis en de comparitie die op 20 mei 2011 had plaatsgevonden. De gedaagde betwistte de ontvangst van de vitaminepillen en stelde dat hij geen zendingen had ontvangen na de proefzending. De kantonrechter oordeelde dat het aan Direct Pay was om te bewijzen dat de gedaagde de pakketten had ontvangen. De aangeboden bewijsmiddelen, zoals pakbonnen en verzendlijsten, konden niet leiden tot de conclusie dat de gedaagde de pakketten daadwerkelijk had ontvangen.
De kantonrechter concludeerde dat de gedaagde zijn verplichtingen tot betaling voor de ontvangen vitaminepillen had nagekomen en dat de vordering van Direct Pay moest worden afgewezen. De kantonrechter wees de vordering af en veroordeelde Direct Pay in de proceskosten, die tot dat moment op nihil waren begroot. Dit vonnis werd uitgesproken op 22 juni 2011 door kantonrechter R.C. Hartendorp in aanwezigheid van de griffier.