ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ2345
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.R. Krol
- M.J. Veldhuijzen
- P.L.C.M. Ficq
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling met verpleging voor de tijd van één jaar
In de zaak met parketnummer 16/350987-03 heeft de rechtbank Utrecht op 22 april 2011 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde, die eerder ter beschikking was gesteld vanwege een poging tot doodslag. De officier van justitie had gevorderd om de terbeschikkingstelling met een jaar te verlengen. De rechtbank heeft de deskundige I.G.M. Lachmann gehoord, die werkzaam is bij Inforsa, en op basis van de rapportages en het verhandelde ter terechtzitting, heeft de rechtbank besloten de termijn van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege te verlengen voor de duur van één jaar.
De terbeschikkinggestelde, geboren in Israël, is sinds 4 april 2004 ter beschikking gesteld en heeft sindsdien een behandeling ondergaan in de FPK Inforsa te Amsterdam. De rechtbank heeft geconstateerd dat de terbeschikkinggestelde een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt, met een stabiele medicatie-inname en geen agressieve incidenten gedurende de afgelopen zes jaar. De deskundige heeft aangegeven dat de terbeschikkinggestelde nu in staat is om gevoelens van ongenoegen en irritatie te bespreken, wat bijdraagt aan een verminderd recidiverisico.
De rechtbank heeft ook het standpunt van de officier van justitie en de verdediging gehoord. De officier heeft de vordering tot verlenging gehandhaafd, terwijl de verdediging instemde met de verlenging, omdat de terbeschikkinggestelde een (voorwaardelijke) beëindiging te spannend vond. De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd, gezien de positieve ontwikkeling van de terbeschikkinggestelde en de afwezigheid van incidenten. De rechtbank heeft daarbij de relevante wetsartikelen uit het Wetboek van Strafrecht in acht genomen.