ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ2141

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
20 april 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
303513 / HA ZA 11-558
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • S.C. Hagedoorn
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onredelijk bezwarend beding in algemene voorwaarden van Keukenconcurrent

In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 20 april 2011 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap HOLDING KEUKENCONCURRENT B.V. en een consument. De eiseres, Keukenconcurrent, hanteert in haar algemene voorwaarden een bepaling over opslagkosten die door de rechtbank als mogelijk onredelijk bezwarend wordt beschouwd. Het in rekening gebrachte bedrag van EUR 45,00 per week aan opslagkosten is bijna gelijk aan de koopprijs van de keuken die de consument heeft aangeschaft. De rechtbank overweegt om dit beding ambtshalve (partieel) te vernietigen, en verzoekt de eiseres om inzichtelijk te maken hoe dit bedrag is berekend en hoe het zich verhoudt tot de opslagkosten die door derden in het economisch verkeer worden gehanteerd.

De procedure is gestart met een dagvaarding, en de gedaagde is niet verschenen, waardoor er verstek is verleend. De rechtbank heeft in haar beoordeling verwezen naar de rechtspraak van het Hof van Justitie, waarbij het van belang is om te beoordelen of het beding onredelijk bezwarend is volgens de Richtlijn 93/13/EEG inzake oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. De rechtbank concludeert dat het beding een onevenredig hoge schadevergoeding voor de consument met zich meebrengt, wat aanleiding geeft tot vernietiging van het beding.

De rechtbank heeft bepaald dat de zaak op 4 mei 2011 opnieuw op de rol zal komen voor het nemen van een akte door eiseres over de berekening van de opslagkosten. Tot die tijd houdt de rechtbank iedere verdere beslissing aan. Het vonnis is uitgesproken door mr. S.C. Hagedoorn in het openbaar.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK UTRECHT
Sector Civiel
Handelskamer
zaaknummer / rolnummer: 303513 / HA ZA 11-558
Vonnis van 20 april 2011
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HOLDING KEUKENCONCURRENT B.V.,
voorheen genaamd Keukenconcurrent B.V.,
gevestigd te Waalwijk,
eiseres,
advocaat mr. H. Post,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
niet verschenen.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- het tegen gedaagde verleende verstek.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De beoordeling
2.1. Voor de vordering en de feiten wordt verwezen naar de aan dit vonnis gehechte dagvaarding.
2.2. Gedaagde is consument. Eiseres beroept zich met betrekking tot de gevorderde opslagkosten op een beding dat is opgesteld om in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen. De rechtbank dient op grond van de rechtspraak van het Hof van Justitie (o.a. 4 juni 2009, C 243/08) ambtshalve te beoordelen of het beding onredelijk bezwarend is. Bij de Richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 inzake oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten is een indicatieve lijst gevoegd van mogelijk oneerlijke bedingen. Het onderhavige beding is naar het oordeel van de rechtbank een beding als bedoeld in onderdeel e van de genoemde indicatieve lijst. Door het beding waarop eiseres zich beroept, is de consument een bedrag aan opslagkosten verschuldigd dat hoger ligt dan de koopprijs van de keuken. In dit licht overweegt de rechtbank dit beding aan te merken als een beding waarmee aan de consument een onevenredig hoge schadevergoeding wordt opgelegd en dit beding (partieel) te vernietigen.
2.3. Alvorens hier een definitief oordeel over te geven, verzoekt de rechtbank eiseres om inzichtelijk te maken hoe het in rekening gebrachte bedrag aan opslagkosten van
EUR 45,00 per week is berekend en zich uit te laten over de verhouding van dit bedrag ten opzichte van opslagkosten die derden in zijn algemeenheid in het economisch verkeer in rekening brengen.
3. De beslissing
De rechtbank
3.1. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 4 mei 2011 voor het nemen van een akte door eiseres over hetgeen is vermeld onder 2.2.,
3.2. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.C. Hagedoorn en in het openbaar uitgesproken op 20 april 2011.