ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ1538
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Verlenging van terbeschikkingstelling met dwangverpleging voor seksueel misbruik
In de zaak met parketnummer 16/110318-01 heeft de rechtbank Utrecht op 29 maart 2011 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van de verdachte, die in 2002 was veroordeeld voor seksueel misbruik van zijn kleinkinderen. De officier van justitie had gevorderd om de terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen, en de rechtbank heeft deze vordering toegewezen. De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen vereist dat de terbeschikkingstelling met dwangverpleging wordt voortgezet, gezien de ernst van de gepleegde feiten en de nog aanwezige risico's van terugval in seksueel gewelddadig gedrag. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de positieve ontwikkelingen in de behandeling van de verdachte, maar benadrukt dat de controle op zijn medicatie en gedrag cruciaal blijft. De rechtbank verzoekt de officier van justitie om tijdig een maatregelenrapport op te stellen voor een eventuele voorwaardelijke beëindiging van de terbeschikkingstelling, afhankelijk van de voortgang in het komende jaar. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de griffier en is uitgesproken tijdens een openbare zitting.