ECLI:NL:RBUTR:2011:BP8366
Rechtbank Utrecht
- Hoger beroep
- A. Wassing
- J. Ebbens
- Y.M.J.I. Baauw-de Bruijn
- Rechtspraak.nl
Explosie tijdens werkzaamheden aan boei met dodelijke afloop en zwaar letsel
Op 15 februari 2011 deed de Rechtbank Utrecht uitspraak in een strafzaak tegen [bedrijf 1], vertegenwoordigd door [gemachtigde], naar aanleiding van een fatale explosie tijdens werkzaamheden aan een boei in de Neder-Rijn. Tijdens deze werkzaamheden, uitgevoerd door twee werknemers onder toezicht van [medeverdachte], vond er een explosie plaats die resulteerde in de dood van [slachtoffer] en zwaar letsel bij [slachtoffer 2]. De rechtbank behandelde de zaak na inhoudelijke zittingen op 18 oktober 2010 en 1 februari 2011, waarbij de officier van justitie en de verdediging hun standpunten naar voren brachten. De rechtbank oordeelde dat [medeverdachte] aanmerkelijk onvoorzichtig en nalatig had gehandeld door onvoldoende veiligheidsmaatregelen te treffen, ondanks dat hij bekend was met het explosiegevaar. De rechtbank concludeerde dat de gedragingen van [medeverdachte] ook aan [bedrijf 1] konden worden toegerekend, aangezien de werkzaamheden onder haar verantwoordelijkheid vielen. De rechtbank sprak [medeverdachte] vrij van roekeloosheid, maar achtte de nalatigheid bewezen. De officier van justitie had een geldboete van € 12.500,- gevorderd, welke door de rechtbank werd opgelegd, rekening houdend met de ernst van het feit en de gevolgen voor de slachtoffers. De rechtbank verklaarde het primair tenlastegelegde bewezen en sprak verdachte vrij van andere tenlasteleggingen.