ECLI:NL:RBUTR:2011:BP6530
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verjaringstermijn bij burenrechtelijke geschillen over bomen nabij erfgrens
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Utrecht op 23 februari 2011, staat de vordering van eiser centraal, die de verwijdering of aftopping van een boom eist die zich binnen twee meter van de erfgrens bevindt. Eiser heeft de gedaagde, die de boom bezit, op 20 januari 2010 gesommeerd om de boom te verwijderen. Gedaagde beroept zich op verjaring en stelt dat de boom al langer dan 20 jaar hoger reikt dan de schutting die op de erfgrens staat. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis van 12 januari 2011 de comparitie van partijen gehouden op 15 februari 2011, waarna de uitspraak is bepaald.
De kantonrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de vordering van eiser verjaard kan zijn indien de boom op de datum van de sommatie, 20 januari 2010, langer dan 20 jaar hoger reikt dan de schutting. Dit is gebaseerd op de relevante artikelen uit het Burgerlijk Wetboek, namelijk art. 5:42, art. 3:306 en art. 3:314. De kantonrechter heeft gedaagde toegelaten om bewijs te leveren van zijn stelling dat de boom op de genoemde datum al langer dan 20 jaar hoger is dan de schutting.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat gedaagde de gelegenheid krijgt om bij akte aan te geven op welke wijze hij bewijs wil leveren. Indien gedaagde schriftelijke bewijsstukken wil overleggen, kan hij deze op de rolzitting van 16 maart 2011 in het geding brengen. Daarnaast dient hij, indien hij getuigen wil horen, de namen en adressen van deze getuigen op te geven, evenals hun verhinderdata. De kantonrechter heeft verder iedere beslissing aangehouden, wat betekent dat de zaak nog niet definitief is afgedaan en verdere stappen volgen.