ECLI:NL:RBUTR:2010:BO9584
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Z.J. Oosting
- P.W.G. de Beer
- Y.A.T. Kruijer
- Rechtspraak.nl
Verlenging van terbeschikkingstelling met één jaar en afwijzing verzoek tot tussentijdse toetsing
In de zaak met parketnummer 16/070265-96 heeft de rechtbank Utrecht op 9 december 2010 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van de betrokkene. De officier van justitie had verzocht om verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar, gezien de persoonlijkheidsproblematiek van de betrokkene, die antisociale en borderline kenmerken vertoont, en zijn impulsproblematiek. De betrokkene is bekend met alcoholgebruik en er zijn zorgen over zijn vermogen om zelfstandig te functioneren zonder de huidige tbs-maatregel.
De rechtbank heeft de getuige-deskundige gehoord, die aangaf dat de kliniek een aanvraag voor transmuraal verlof zal indienen, met als doel de betrokkene uiteindelijk zelfstandig te laten wonen met begeleiding. De rechtbank concludeert dat een overgang naar een situatie zonder de tbs-maatregel te riskant is, gezien de kans op terugval en de onvoldoende bekendheid van het nieuwe behandelteam met de betrokkene. De kans op recidive wordt momenteel als laag ingeschat, mits de betrokkene begeleiding accepteert.
De rechtbank heeft de adviezen van de kliniek en de getuige-deskundige in overweging genomen en oordeelt dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling met verpleging van de betrokkene met één jaar wordt verlengd. De rechtbank benadrukt het belang van voortgang in het resocialisatietraject en verwacht tijdige rapportages van de kliniek over de mogelijkheden voor de betrokkene om over te stappen naar andere voorzieningen. De beslissing is genomen door de rechters in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.