ECLI:NL:RBUTR:2010:BO2076
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- P.M.E. Bernini
- J.M. Bruins
- Y.M.J.I. Baauw-de Bruijn
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake aanranding en ontucht met minderjarige meisjes
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Utrecht op 27 oktober 2010 uitspraak gedaan tegen een 46-jarige verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan aanranding en ontucht met twee jonge meisjes van 15 en 16 jaar oud. De verdachte, die als leidinggevende fungeerde, heeft in de periode van 1 juli 2008 tot en met 1 september 2008 en van 1 december 2007 tot en met 2 november 2008, herhaaldelijk ongepaste handelingen verricht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte de meisjes knuffelde, vastpakte en hen zoende, waarbij hij zijn handen op de billen van een van de meisjes legde. De meisjes, die in een kwetsbare positie verkeerden, durfden niet op te treden tegen het gedrag van de verdachte. De rechtbank heeft de verklaringen van de meisjes als betrouwbaar beoordeeld, ondersteund door getuigenverklaringen van andere jonge vrouwen die soortgelijke ervaringen met de verdachte deelden.
De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van enkele onderdelen van de tenlastelegging, maar achtte de belangrijkste feiten wettig en overtuigend bewezen. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 4 maanden met een proeftijd van 2 jaar, en een werkstraf van 100 uren, subsidiair 50 dagen hechtenis. Daarnaast is de verdachte verplicht gesteld om een schadevergoeding van € 481,34 te betalen aan de benadeelde partij, waarvan een deel materiële schade betreft. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten, de kwetsbaarheid van de slachtoffers en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn vrijwillige behandeling voor zijn problematiek.