ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2177
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Wassing
- A. van Maanen
- M.H.L. Schoenmakers
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van aanranding en ontucht met geestelijk gebrekkig ontwikkeld meisje
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Utrecht op 4 mei 2010, staat de verdachte terecht voor de aanranding van een 17-jarig meisje met een geestelijke beperking. De feiten dateren van 1 april 2009, toen het slachtoffer op weg naar huis werd aangesproken door de verdachte, die haar als chauffeur van een schoolgenootje bekend was. Na een kort gesprek trok de verdachte het slachtoffer in zijn busje, waar hij haar zoende en ongepaste handelingen verrichtte. Het slachtoffer heeft na de gebeurtenis haar ouders ingelicht, wat leidde tot een aangifte. De rechtbank heeft de verklaringen van het slachtoffer en getuigen als consistent en geloofwaardig beoordeeld. De verdachte ontkende de beschuldigingen en stelde dat de verklaringen van het slachtoffer niet dragend waren, maar de rechtbank verwierp dit verweer. De rechtbank oordeelde dat de verdachte het tenlastegelegde feit had begaan en sprak hem vrij van andere beschuldigingen. Bij de strafoplegging hield de rechtbank rekening met de ernst van het feit, de impact op het slachtoffer en de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 90 dagen, waarvan 87 dagen voorwaardelijk, en een werkstraf van 180 uren. De rechtbank benadrukte de noodzaak om de verdachte te weerhouden van het plegen van nieuwe strafbare feiten.