ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1605
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.J. Grapperhaus
- L. Verschoor-Bergsma
- D.J.A. Kuipers
- Rechtspraak.nl
Afwijzing ontnemingsvordering wegens vrijspraak telen hennepplanten
In de ontnemingszaak tegen de veroordeelde, die op 22 februari 2010 was veroordeeld voor het telen en aanwezig hebben van hennep, heeft de rechtbank Utrecht op 12 juli 2010 uitspraak gedaan. De vordering van de officier van justitie, die was gebaseerd op een proces-verbaal van de politie van 18 maart 2009, strekte tot het opleggen van een verplichting tot betaling van het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel van € 23.548,64. Tijdens de zitting op 28 juni 2010 werd de veroordeelde gehoord, bijgestaan door zijn raadsman, mr. R.P. de Graaf. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde was vrijgesproken van het telen van 318 hennepplanten, wat betekent dat ontneming van het voordeel niet mogelijk is. De rechtbank verwijst naar het Geeringsarrest van het EHRM, waarin is bepaald dat feiten waarvan een verdachte is vrijgesproken niet meer ten grondslag kunnen worden gelegd aan een ontnemingsmaatregel. De rechtbank heeft daarom de ontnemingsvordering afgewezen, waarbij de argumenten van de officier van justitie en de verdediging niet verder zijn besproken.