ECLI:NL:RBUTR:2010:BL5441
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. van Maanen
- J.R. Krol
- M.A.A.T. Engbers
- Rechtspraak.nl
Poging tot oplichting en gebruik van vervalst rijbewijs in Utrecht
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Utrecht op 28 januari 2010 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van poging tot oplichting en het gebruik van een vervalst rijbewijs. De verdachte heeft op 20 juli 2009 in Houten geprobeerd om een bedrag van ongeveer € 46.000,- over te maken naar een andere rekening, waarbij hij zich voordeed als de rechthebbende. Hij gebruikte een vervalst rijbewijs en een valse naam om medewerkers van de bank te misleiden. De verdachte verklaarde dat hij 10% van het overgeboekte bedrag zou ontvangen en dat hij het rijbewijs en de factuur van een ander had gebruikt om de bank te overtuigen van zijn identiteit. De rechtbank heeft de bekennende verklaring van de verdachte ondersteund door getuigenverklaringen van bankmedewerkers, die bevestigden dat de verdachte zich had voorgedaan als een andere persoon.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte ook op 3 juli 2009 in Biddinghuizen een medewerker van een andere bank heeft misleid door zich voor te doen als de rechthebbende op een bankrekening. De verdachte heeft in dit geval € 2.500,- weten te verkrijgen door gebruik te maken van een vervalst rijbewijs. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de feiten 1, 2 en 3, maar sprak hem vrij van feit 4, omdat er onvoldoende bewijs was voor de vervalsing van het rijbewijs dat in dat feit werd genoemd.
De rechtbank oordeelde dat de feiten ernstig waren en dat de verdachte eerder was veroordeeld voor oplichting. Daarom werd een gevangenisstraf van 6 maanden opgelegd, gelijk aan de vordering van de officier van justitie. De rechtbank heeft ook bepaald dat de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, in mindering wordt gebracht op de opgelegde straf. De in beslag genomen vervalste rijbewijzen zijn onttrokken aan het verkeer, omdat ze dienden tot het begaan van soortgelijke feiten.