ECLI:NL:RBUTR:2009:BK5212
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens mislukte re-integratie en frequent verzuim
In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 3 december 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap Schoonmaakbedrijf Meerwijk B.V. en de werknemer, aangeduid als [verweerder]. De werkgever, Meerwijk, heeft op 22 juli 2009 een verzoekschrift ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst, met als argument dat de re-integratie van [verweerder] in het tweede spoor door zijn toedoen is mislukt. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verweerder] sinds 11 augustus 2008 ziek is en dat hij op 12 januari 2009 geschikt is verklaard voor lichte arbeid. Ondanks het aanbieden van aangepast werk door de werkgever, heeft [verweerder] aangegeven deze werkzaamheden niet te kunnen volhouden.
Tijdens de zitting op 31 augustus 2009 hebben beide partijen verzocht om aanhouding van de zaak om te onderzoeken of re-integratie in het tweede spoor mogelijk was. Na verdere correspondentie tussen partijen, waarin zij hun standpunten nader onderbouwden, heeft de kantonrechter de zaak beoordeeld. De werkgever heeft gesteld dat de re-integratie in het tweede spoor is mislukt door de opstelling van [verweerder] tijdens een gesprek met een potentiële nieuwe werkgever, wat door [verweerder] werd betwist.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de werkgever onvoldoende bewijs heeft geleverd om te stellen dat [verweerder] niet aan zijn re-integratieverplichtingen heeft voldaan. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst niet toewijsbaar is, omdat de werkgever had moeten weten dat [verweerder] het niet eens was met de weergave van het gesprek en had moeten zorgen voor een deskundigenbericht. De beslissing van de kantonrechter was om het verzoek af te wijzen en de proceskosten te compenseren, zodat elke partij zijn eigen kosten draagt.