ECLI:NL:RBUTR:2009:BK4732
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.H.M. Pastoors
- J.W. Veenendaal
- M.P. Gerrits-Janssens
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens ontucht met minderjarige en de toepassing van voorwaardelijke gevangenisstraf
In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 26 november 2009 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die is beschuldigd van ontucht met een minderjarige. De verdachte, 37 jaar oud op het moment van het delict, heeft ontuchtige handelingen gepleegd met een 13-jarig meisje. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het seksueel binnendringen van het lichaam van het slachtoffer, dat destijds 12 of 13 jaar oud was. De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met het tijdsverloop van 13 jaar tussen het delict en de aangifte, het feit dat de verdachte geen strafblad had en de nog aanwezige contacten tussen de verdachte en de familie van het slachtoffer.
De rechtbank heeft geoordeeld dat, hoewel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf in principe de norm is voor dergelijke delicten, er in dit geval sprake is van een uitzonderingssituatie. De rechtbank heeft daarom besloten om een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 jaar op te leggen, aangevuld met een maximale werkstraf van 240 uur. De rechtbank heeft ook bepaald dat als de verdachte de werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis van 120 dagen zal worden toegepast. De verdachte is vrijgesproken van andere ten laste gelegde feiten.
De rechtbank heeft in haar vonnis benadrukt dat de ernst van het feit en de gevolgen voor het slachtoffer zwaar wegen. Het slachtoffer heeft langdurige psychische schade ondervonden van de handelingen van de verdachte, wat ook blijkt uit haar slachtofferverklaring. De rechtbank heeft de beslissing genomen op basis van de artikelen van het Wetboek van Strafrecht die van toepassing waren ten tijde van het bewezen verklaarde feit.