ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ9629
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de wettelijke termijn voor afstand van de gemeenschap na overlijden echtgenoot
In deze zaak heeft de vrouw, verzoekster, een verlenging aangevraagd van de wettelijke termijn waarin zij afstand kan doen van de huwelijksgemeenschap met haar overleden echtgenoot. De man is op 4 juli 2009 overleden, en de vrouw heeft de nalatenschap beneficiair aanvaard. De vrouw heeft aangegeven dat er onduidelijkheid bestaat over de herkomst van de aanwezige schulden en haar eigen aansprakelijkheid hiervoor tijdens het huwelijk. De huidige termijn voor het doen van afstand van de gemeenschap loopt af op 4 oktober 2009, en de vrouw verzoekt om een verlenging van drie maanden om zich te beraden op haar beslissing.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op 1 oktober 2009, waarbij de belanghebbenden, de zoon en dochter van de man uit een eerder huwelijk, hebben verklaard in te stemmen met het verzoek tot verlenging. De rechtbank oordeelt dat het voldoende is gebleken dat de vrouw belang heeft bij de verlenging van de termijn, zodat zij nader onderzoek kan doen naar de schulden en kan overwegen of zij afstand wil doen van de gemeenschap van goederen.
De rechtbank heeft het verzoek toegewezen en de termijn verlengd tot 4 januari 2010. Tevens is bepaald dat de beschikking zal worden ingeschreven in het huwelijksgoederenregister, zodat schuldeisers op de hoogte zijn van de verlenging van de termijn. Deze beschikking is gegeven door rechter mr. E.A.A. van Kalveen en is openbaar uitgesproken op 2 oktober 2009.